Rechtspraak
Uiteraard aandacht voor het arrest van het Hof van Justitie inzake gelijke behandeling man/vrouw bij premie- en uitkeringsdifferentiatie op grond van geslacht. Een dergelijk onderscheid is in strijd met het Unierecht. In dit arrest geeft het Hof van Justitie aan in hoeverre toetsing aan algemene beginselen van gemeenschapsrecht mogelijk is (AR 2011-172).

Voorts wijs ik u op het fraai gemotiveerde arrest van het Hof Den Haag inzake de rechtsgeldigheid van een ontbindende voorwaarde in een arbeidsovereenkomst met een gesubsidieerde arbeider (AR 2011-162). Volgens het hof is een voorwaarde welke inhoudt dat de arbeidsovereenkomst van rechtswege eindigt zodra en indien de loonsubsidie door de overheid wordt gewijzigd of ingetrokken, in strijd met het gesloten stelsel van het ontslagrecht. Een dergelijke voorwaarde voldoet niet aan de eisen en de strekking van onder meer het Mungra-arrest (HR 6 maart 1992, JAR 1992/10). Evenmin kan worden geoordeeld dat een dergelijke voorwaarde de arbeidsovereenkomst tot een van betrekkelijk bepaalde tijd doet leiden.

In AR 2011-166 is tevergeefs getracht het appelverbod ex artikel 7:685 lid 11 BW buiten werking te stellen met een beroep op artikel 6 EVRM en 14 IVBPR. Onder verwijzing naar vaste rechtspraak van de Hoge Raad wordt voorts onder meer geoordeeld dat het passeren van bewijsaanbod en het verkeerd toepassen van de reflexwerking van het opzegverbod wegens ziekte geen doorbreking van het appelverbod bewerkstelligen.

Volgens de Kantonrechter Amsterdam is geen sprake van behoud van identiteit van de onderneming, indien de activiteiten worden gesplitst. In casu werden de cateringwerkzaamheden op elf locaties verricht. Deze order werd vervolgens aan twee nieuwe cateraars uitbesteed, waarbij de ene cateraar vijf en de andere zes locaties voor zijn rekening nam. Deze splitsing (5/6) ten opzichte van de oorspronkelijk elf leidde tot verval van identiteitsbehoud (AR 2011-167).

Ten slotte is AR 2011-168 interessant. Volgens de werknemer gelden er strengere eisen aan het aangaan van een concurrentiebeding tijdens de arbeidsverhouding, dan bij aanvang van de arbeidsovereenkomst. In casu stond in het eerste contract van werknemer geen concurrentiebeding en pas bij de verlenging werd een concurrentiebeding schriftelijk overeengekomen. Werknemer beriep zich onder meer op Hoge Raad 12 februari 2010 waarin de wijziging van arbeidsvoorwaarden centraal stond en de vraag of werknemers zonder meer aan hun instemming gebonden waren. De voorzieningenrechter wijst in casu de vordering van werknemer af.

AR Poll
Ruim 90% was het eens met de stelling: ?Het uitgangspunt van de ondeelbaarheid van de arbeidsverhouding past niet in een moderne economie en arbeidsmarkt.?

De nieuwe stelling luidt: ?Beëindiging van een loonsubsidie door de overheid dient een rechtsgeldige ontbindende voorwaarde in een arbeidsovereenkomst te zijn.? Breng hier uw stem uit.

ARBAC
Graag wijs ik u op een nieuw online tijdschrift: Academie voor Arbeidsrecht (ARBAC). ARBAC is een peer reviewed Open Access tijdschrift op het gebied van arbeids- en socialezekerheidsrecht. Op deze site treft u niet alleen heel interessante artikelen aan, maar bijvoorbeeld ook de werken van A.E. Bles (parlementaire geschiedenis van de Wet op de arbeidsovereenkomst 1907). Een waardevolle bron voor iedere arbeidsrechtjurist! Bekijk ARBAC hier.

Inzenden rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij van abonnees unieke rechtspraak. Dank daarvoor!
Beschikt u ook over nog niet gepubliceerde rechtspraak, klik dan hier om uw uitspraak in te zenden.