Rechtspraak
Graag wijs ik u op AR 2012-712 waarin de Hoge Raad oordeelt dat de arbeidsovereenkomst van een directeur die alle zeggenschap van een vennootschap in handen heeft en zelf het faillissement van de vennootschap aanvraagt, pas eindigt door opzegging van de arbeidsovereenkomst door de curator op de voet van artikel 40 Fw. De relativering van de arbeidsovereenkomst door het hof wordt door de Hoge Raad niet gevolgd. Omdat de directeur geen statutair bestuurder van de vennootschap was, gaat de vergelijking met de arresten Bartelink/Ciris en Unidek niet op.

In AR 2012-716 overweegt het Hof Amsterdam dat er geen aanleiding is een hogere schadevergoeding wegens kennelijk onredelijk ontslag toe te wijzen dan in eerste aanleg is toegewezen (€ 65.000). Verder wordt overwogen dat de enkele omstandigheid dat een werknemer er bewust voor heeft gekozen om geen vakantie op te nemen, er niet toe kan leiden dat de uitbetaling van honderd vakantiedagen naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is.

Voorts is AR 2012-709 interessant. In deze zaak wordt geoordeeld dat de leer-arbeidsovereenkomst voornamelijk gericht is op het volgen van een opleiding, zodat de voorwaarden die bij een reguliere arbeidsovereenkomst voor het terugvorderen van studiekosten gelden, niet van toepassing zijn.

In AR 2012-706 oordeelt de kantonrechter Amersfoort dat het ontslag op staande voet van een werknemer die bij aanvang van de werkzaamheden naar alcohol ruikt rechtsgeldig is. Dat werknemer door het gebruik van Listerine of een blikje Bullit naar alcohol ruikt, wordt niet aannemelijk geacht.

AR Poll
Een kleine meerderheid (60%) is het eens met de stelling: ‘Een werknemer die werkzaam is op basis van een arbeidsovereenkomst mup en onregelmatig wordt opgeroepen, wordt bij arbeidsongeschiktheid wegens ziekte onvoldoende door de wetgever beschermd.’

De nieuwe stelling luidt: ‘Om te voorkomen dat zzp’ers onderbetaald worden, zou een minimumtarief voor zzp’ers in de wet moeten worden opgenomen.’ Breng hier uw stem uit.

AR Commentaar: hoe verkeerspiloten bij KLM objectief gerechtvaardigd de deur uitvliegen
In het nieuwe AR Commentaar gaat Ruben Houweling in op het recent gewezen KLM-arrest waarin het leeftijdsontslag onder 65 jaar stand heeft gehouden. Hij bespreekt de verschillende visies uit de literatuur en de Europese rechtspraak met betrekking tot de vraag of er een ‘uitdrukkelijk mandaat’ van de wetgever aan sociale partners is vereist voor het overeenkomen van leeftijdsontslag. Ten slotte staat hij stil bij de proportionaliteitstoetsing zoals aangelegd door de Hoge Raad. Klik hier om het commentaar te lezen.

Een hele fijne dag en wellicht zomervakantie toegewenst.

Met vriendelijke groet,

E. van Vliet