Naar boven ↑

Update

Nummer 36, 2012
Uitspraken van 04-09-2012 tot 11-09-2012
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

Rechtspraak
Graag wijs ik u op AR 2012-813 waarin de Centrale Raad van Beroep een aantal interessante overwegingen doet met betrekking tot de ‘subjectieve dringendheid’ van het ontslag van een tramconducteur wegens (onder meer) het voor privédoeleinden wegnemen van gelden. Het tijdsverloop tussen de gedraging in maart 2009 en het uiteindelijke ontbindingsverzoek in juni 2009 met ontbindingsdatum begin september 2009 doet geen afbreuk aan de subjectieve dringendheid.

In AR 2012-811 staat de gebondenheid aan het Sociaal Plan centraal, waarbij aan Bulut/Troos wordt getoetst.

In AR 2012-802 staat de vraag centraal of een werknemer bij het instellen van een nalevingsactie ex artikel 36 WOR tot instelling van een OR zijn kosten kan verhalen op de ondernemer krachtens artikel 20 WOR. De kantonrechter beantwoordt deze vraag ontkennend.

In AR 2012-803 anticipeert de kantonrechter bij het ontbindingsverzoek van een directiemedewerkster (directeur) van een woningbouwcorporatie op de Wet Normering Bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNB). Onder verwijzing naar parlementaire stukken legt hij het begrip ‘topfunctionaris’ aldus uit, dat daaronder niet valt de functie van niet statutair directeur. Het moet immers gaan om onder(ge)schikten die mede leidinggeven aan de hele organisatie.

AR Poll
Iedereen was het eens met de volgende stelling: ‘Het voortbestaan van de ondernemingsraad is bij overgang van onderneming onvoldoende gewaarborgd in Nederland.’

De nieuwe stelling luidt: ‘Ongeacht de verkiezingsuitslag maak ik mij geen zorgen over eventuele hervormingen van het ontslagrecht’. Breng hier uw stem uit.

Hof

Rechtbank