Naar boven ↑

Update

Nummer 13, 2013
Uitspraken van 26-03-2013 tot 01-04-2013
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

Rechtspraak
Graag wijs ik u op de volgende uitspraken.

Lidmaatschap OR is geen vrijbrief om in strijd met goed werknemerschap te handelen
In AR 2013-262 moest de kantonrechter oordelen of de berisping van de werkgever aan OR-leden in strijd was met artikel 20 jo. 21 WOR. De kantonrechter oordeelde dat de handelingen van de werknemers – hoewel zij raakvlakken vertoonden met OR-werk – in casu buiten de OR-bevoegdheden lagen. Een OR-lidmaatschap is geen vrijbrief om in strijd met goed werknemerschap te handelen als het gaat om iets wat niet direct iets met OR-bevoegdheden te maken heeft. Het staat een werkgever vrij om in een dergelijk geval aan te geven waar de grenzen liggen en bij overtreding daarvan, wat de consequenties zijn.

Reglementen OR Albert.nl en AH to go inzake vrije kandidatuur bij vijf handtekeningen (in plaats van 30) en beperkt zetelaantal niet in strijd met artikel 6 en 9 WOR

Volgens de kantonrechter is het verlagen van het zetelaantal (7) niet in strijd met artikel 6 WOR. De nieuw gekozen OR kan – indien hij dit wenselijk acht – binnen afzienbare termijn het zetelaantal eventueel uitbreiden. De mogelijkheid zelf (een derde) kandidatenlijsten aan te leveren indien ten minste vijf handtekeningen zijn verzameld is evenmin in strijd met de WOR (artikel 9 lid 2 sub b WOR). De ondernemer beoogt met deze regeling juist medezeggenschap te stimuleren door de drempel te verlagen (AR 2013-257).

Davelaar/Allspan (art 7:658 lid 4 BW) ook van toepassing bij onderaanneming in de bouw
Een zzp’er die in opdracht van een onderaannemer bouwwerkzaamheden verricht voor de hoofdaannemer (Bouwcombinatie) kan laatstgenoemde aansprakelijk stellen ex artikel 7:658 lid 4 BW voor zover hij voor de werkzaamheden afhankelijk is van de veiligheidsinspanningen van laatstgenoemde. In casu wordt de Bouwcombinatie aansprakelijk geoordeeld (AR 2013-267).

Bedrijfsleider die vijf sealbags (€ 22.600) uit kluis haalt en onbeheerd in kantoor achterlaat tijdens het bedienen van klanten waarna de sealbags zijn gestolen, handelt bewust roekeloos ex artikel 7:661 BW en geeft werkgever een dringende reden voor ontslag
Volgens het hof schendt een bedrijfsleider zijn verplichting grovelijk door vijf sealbags onbeheerd achter te laten en de werkgever daar aanvankelijk niet over te berichten. Het ontslag op staande voet maakt werknemer schadeplichtig. Daarnaast dient werknemer de schade geleden door het verlies van de vijf sealbags (want gestolen) te vergoeden, daar het onbeheerd achterlaten van deze zakken met geld ‘bewust roekeloos’ moet worden geacht (AR 2013-261).

Vergaande informatieplicht inzake gevolgen WW en ‘plicht’ tot geven van bedenktijd bij beëindiging met wederzijds goedvinden
Naar het oordeel van het hof is het ‘overvallen’ van een werknemer met een gesprek over diens functioneren met als doel hem te bewegen tot het tekenen van een vaststellingsovereenkomst in strijd met het goed werkgeverschap en onder de geschetste omstandigheden zelfs misbruik van recht. Van een werkgever mag worden gevergd dat hij de werknemer goed informeert over de mogelijke gevolgen voor de WW alsmede de werknemer bedenktijd geeft met de mogelijkheid tot inwinning van juridisch advies, op straffe van vernietiging van de beëindigingsovereenkomst (AR 2013-258).

Uitleg salarisgarantie ex artikel 3.2.2 Verpleeg- en Verzorgingshuizen bij deeltijdarbeid
In AR 2013-260 ten slotte, staat de vraag centraal hoe de salarisgarantie ex artikel 3.2.2 CAO Verpleeg- en Verzorgingshuizen dient te worden uitgelegd bij deeltijdarbeid, indien de werknemer een cursus gaat volgen waardoor zijn deeltijdfactor stijgt. De werkgever betaalde het leerlingenloon dat in absolute zin het oude salaris van werknemer oversteeg, maar in relatieve zin aanmerkelijk lager was. Het hof oordeelt dat de salarisgarantie in de cao een ‘uurloongarantie’ inhoudt en dus het loon in relatieve zin gegarandeerd is. Werkgever dient aldus het ‘oude’ uurloon te betalen.

AR Poll
100% was het eens met de stelling: ‘Het is een goede zaak dat het kabinet “de polder” meer tijd geeft een sociaal akkoord te bereiken.’
De nieuwe stelling luidt: ‘De informatieplicht van de werkgever bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden is te ver doorgeschoten.’ Breng hier uw stem uit.

AR Annotatie: Religie op de werkvloer: pluralisme boven zakelijkheid

Graag wijs ik u op de nieuwe AR Annotatie van Willemijn Roozendaal. In deze noot analyseert Willemijn het arrest van het EHRM inzake Eweida c.s. (AR 2013-0055) over de grenzen van godsdienstuiting op de werkvloer in relatie tot kledingvoorschriften en botsing van grondrechten (weigerambtenaren). Klik hier om het commentaar te lezen.

Bundel AR Commentaar 2012 verschenen!
Vorige week is de bundel AR Commentaar Rechtspraak 2012 verschenen. In deze bundel treft u alle commentaren uit 2012 aan vergezeld van een jaaroverzicht geschreven door Houweling en een analyse van de ontslagvergoedingen 2012 geschreven door mr. dr. P. Kruit van TenHolterNoordam. Klik hier voor meer informatie.

Hof

Rechtbank