Naar boven ↑

Update

Nummer 46, 2013
Uitspraken van 12-11-2013 tot 19-11-2013
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

Geachte heer/mevrouw,

Rechtspraak
Graag wijs ik u op de volgende uitspraken.

Hoogte loon gedurende loonsanctie is niet 70% van het maximale dagloon (artikel 7:629 lid 1 BW), maar hetgeen voor loonsanctie werd betaald
In AR 2013-911 laat de kantonrechter zich uit over de vraag wat de hoogte van het loon dient te zijn gedurende het derde ziektejaar (bij oplegging loonsanctie). Daartoe overweegt de kantonrechter als volgt. De loonsanctie van artikel 25 lid 9 WIA betreft slechts van een verlenging van het loontijdvak van, onder andere, artikel 7:629 lid 1 BW. Uit (de Memorie van Toelichting van) de WIA of artikel 7:629 BW blijkt niet wat de hoogte is van het loon dat dient te worden doorbetaald gedurende de door het UWV opgelegde sanctie. Aldus blijkt evenmin dat gedurende een loonsanctie 70% van het maximale dagloon dient te worden betaald. Niet valt in te zien waarom de omvang van de loondoorbetalingsverplichting nu er enkel sprake is van een verlenging van een loontijdvak gedurende die verlenging anders zou zijn dan de periode daarvoor. Omdat de werkgever daarvoor 70% van het laatstverdiende loon betaalde, dient hij dat ook tijdens de verlengde loonperiode te doen.

Wederindiensttredingsvoorwaarde niet geschonden door werkzaamheden zzper en stagiair
In AR 2013-914 oordeelt de kantonrechter dat de wederindiensttredingsvoorwaarde zowel betrekking heeft op het in dienst nemen van een werknemer op basis van een arbeidsovereenkomst als het aangaan van een (ruimere) arbeidsverhouding (artikel 1 sub b onder 2 BBA). De wederindiensttredingvoorwaarde heeft echter, zo blijkt uit de beleidsregels van het UWV, geen betrekking op het inhuren van echte zelfstandigen (personen die in fiscale zin als zelfstandige kunnen worden aangemerkt). Het uitbesteden van werk aan een zelfstandige (binnen de periode van 26 weken) is dan ook niet in strijd met de wederindiensttredingsvoorwaarde. Een stagiair kan niet gelijkgesteld worden met een artikel 1 BBAer, zodat ook de werkzaamheden verricht door deze arbeidskracht niet tot schending van de wederindiensttredingsvoorwaarde kunnen leiden.

Thuishulp van rechtswege in dienst bij verkrijger na heraanbesteding WMO-contract krachtens overgang van onderneming
Vorige week stond de vraag centraal of een thuishulp niet gewoon in dienst was van de WMO-uitvoerder. Het Hof Leeuwarden oordeelde dat dit het geval is. Deze week oordeelde de kantonrechter dat bij een heraanbesteding van het WMO-contract met aanbieding overname van een wezenlijk aandeel van het personeel, een overgang van onderneming (artikel 7:662 BW) gerealiseerd wordt. WMO-werk is arbeidsintensief. Dat werknemers een arbeidsovereenkomst worden aangeboden krachtens een cao-verplichting, doet hieraan niet af (AR 2013-913).

Ontslag op staande voet wegens een bagateldelict
In AR 2013-929 oordeelt het Hof Den Haag over een Bijenkorf-achtige zaak (AR 2012-0373). Het in strijd met de voor werkneemster bekende spelregels nuttigen van een blikje Red Bull tijdens de pauze, zonder deze eerst af te rekenen en daarna stellig beweren wel conform de spelregels te hebben gehandeld, levert een dringende reden voor ontslag op. Het feit dat het maar een klein vergrijp betreft, werkneemster later diezelfde dag alsnog het blikje Red Bull heeft betaald en een jonge alleenstaande moeder is, doet aan de dringendheid van de reden niets af.

AR Poll
Ruim 66% is het eens met de stelling: Het is volkomen terecht dat het hof een arbeidsovereenkomst aanneemt tussen de uitvoerder van de WMO en de alphahulp.
De nieuwe stelling luidt: Hoogte loondoorbetaling in het derde ziektejaar is onduidelijk.
Breng hier uw stem uit.

AR Annotatie: Professionele (grote) werkgever aansprakelijk jegens onderbetaalde uitzendkracht bij onvoldoende controle op betaling inlenersbeloning door uitzendbureau
Graag wijs ik u op de nieuwe noot van Johan Zwemmer. In deze noot analyseert hij het arrest Woldhuis/Teijn Aramid B.V.(AR 2013-0560). In staat de vraag centraal of de inlener op grond van onrechtmatige daad aansprakelijk kan zijn, en zo ja onder welke omstandigheden, voor de te lage beloning van de uitzendkracht door het uitzendbureau. Volgens het hof is dit het geval indien de inlener uit de facturen kan afleiden dat de uitzendkracht feitelijk te laag beloond wordt. In deze noot schetst Johan de verschillende omstandigheden en gaat hij tevens in op de mogelijkheid van inleners zich op cao-bepalingen te beroepen middels het derdenbeding. Een belangwekkende uitspraak met een zeer interessante noot bij driehoeksconstructies. Klik hier om de noot te lezen.

Informatiefilm Rechtspraak.nl: Rooyse Wissel-zaak
Ten slotte wijs ik u graag op het nieuwe lesmateriaal van de Hoge Raad. Ingewijden in het arbeidsrecht herkennen de casus Jan snel: De Rooyse Wissel! Veel kijkplezier!

Inzenden eigen rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij ingezonden rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de arbeidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.

Rest mij nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.

Met vriendelijke groet,

Ruben Houweling
Hoofdredacteur AR Updates

Hof

Rechtbank