Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u weer een nieuwe AR Update aan.
Rechtspraak
Graag wijs ik u op de volgende uitspraken.
Overgang van onderneming ondanks faillissement
In AR 2014-822 wijst de kantonrechter een interessant vonnis over de reikwijdte van artikel 7:666 BW. Uit de uitspraken van het Hof van Justitie van 7 februari 1985, NJ 1985/900, 901 en 902, blijkt dat een reden voor de in artikel 7:666 lid 1 BW neergelegde uitzondering, inhoudende dat de regels van overgang van onderneming niet van toepassing zijn ingeval van faillissement, was om de curator meer mogelijkheden te geven om een doorstart van een gefailleerde onderneming te bewerkstelligen teneinde zoveel mogelijk werkgelegenheid te kunnen behouden. Uit HR 30 oktober 1987, NJ 1988/191 kan worden afgeleid dat op een geval als het onderhavige, waarbij is aangestuurd op een faillissement met het voortzetten van de feitelijke activiteiten met dezelfde bedrijfsmiddelen en hetzelfde personeel (dit alles buiten de curator om), deze uitzondering niet van toepassing is. Nu het faillissement van de diverse vennootschappen met onmiddellijke doorstart op deze laatste situatie duidt, wordt artikel 7:666 BW buiten toepassing gelaten. Een interessante uitspraak in het licht van de zogenoemde pre-pack-discussie.
Gedeeltelijk bewezen feitencomplex leidt toch tot ontslag op staande voet
In AR 2014-809 zet de Hoge Raad zijn eerdere rechtspraak over het gedeeltelijk bewezen feitencomplex en de dringende reden nog eens op een rij. De vraag of de dringende reden voldoende kenbaar is gemaakt ten tijde van het ontslag beantwoordt de Hoge Raad bevestigend. Het passeren van het bewijsaanbod (horen van de vermeende slachtoffers van ongewenste intimiteiten op een onderwijsinstelling door de leraar) is evenwel ten onrechte, zodat alsnog vernietiging van het arrest volgt.
Ruim 20% neerwaartse wijziging individuele prestatiebonus doorstaat Stoof/Mammoet-toets
In AR 2014-829 oordeelt de kantonrechter dat het feit dat de omzet inmiddels door een heel team wordt gerealiseerd en werkneemster minder is gaan werken, alsmede het feit dat haar salaris exponentieel is gegroeid door de formulering van de oude bonusregeling (in 2005 ontving zij nog een bonus van 5.000, in 2012 een van 60.000), voldoende aanleiding is om in het kader van de Stoof/Mammoet-toetsing tot een redelijk voorstel te komen dat in redelijkheid van de werkneemster kan worden gevergd. Hoewel de aangepaste regeling leidt tot een neerwaarts bijstelling van 22% ten opzichte van het voorgaande jaar, is het gezien de hele situatie een redelijk voorstel.
Payrollwerkgever heeft zorgplicht jegens inlener wat de ketenregel betreft
Een voor de payroll-werkgevers relevante uitspraak is AR 2014-818, waarin het hof oordeelt dat van een payroll-werkgever mag worden verwacht dat hij de arbeidsrechtelijke bepalingen kent, in het bijzonder de ketenregeling. Jegens de inlener heeft hij dan ook een zorgplicht tijdig te waarschuwen dat een werknemer op vaste basis werkzaam zal zijn. Doet de payrollwerkgever dit niet of niet tijdig, dan kan hij het loon niet blijvend verhalen op de inlener.
Ontbinding met C=5
In AR 2014-825 oordeelt de kantonrechter dat de werkgever de vertrouwensbreuk tussen partijen nadat een eerder ontbindingsverzoek was afgewezen niet echt heeft getracht te herstellen middels mediation, maar juist via mediation alsnog zijn gelijk heeft getracht te halen. De arbeidsongeschiktheid van werknemer is daarvan het gevolg. Dit alles leidt tot een ontbinding met C=5 ( 145.152,=).
AR Poll
Ruim 66% was het eens met de stelling: Alleen een onherroepelijke intrekking van de Schipholpas kan een geldige ontbindende voorwaarde vormen.
De nieuwe stelling luidt: Artikel 7:666 BW blijft van toepassing op een voorbereide doorstart na faillissement (pre-pack).
Breng hier uw stem uit.
AR Annotatie Gerdien van der Voet: over maritieme arbeid, stakingsrecht en Europese vrijheden ondanks het varen onder een vreemde vlag
Graag wijs ik u op de AR Annotatie van Gerdien van der Voet bij AR 2014-0618. In deze uitspraak gaat het Hof in op het toepassingsbereik van Verordening 4055/86 inzake de toepassing van het beginsel van het vrij verrichten van diensten op het zeevervoer tussen de lidstaten onderling en tussen de lidstaten en derde landen (Verordening van de Raad van 22 december 1986, PbEG, L 378/1; hierna: de Verordening). Het Hof oordeelt dat de omstandigheden dat (i) het schip waarmee het betrokken zeevervoer wordt verricht en waarop de werknemers zijn tewerkgesteld voor wie de collectieve acties worden gevoerd, onder de vlag van een derde land vaart en dat (ii) de bemanningsleden van het schip, zoals in casu het geval is, onderdanen zijn van derde landen geen afbreuk doen aan de toepasselijkheid van de Verordening. Na een uitvoerige analyse van het arrest zelf, gaat Van der Voet in dit commentaar in op de verhouding tussen de vrijheid van collectieve actie en de vrijheid van dienstenverkeer in het zeevervoer. Klik hier om de noot te lezen.
Inzenden eigen rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij ingezonden rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de arbeidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.
Rest mij nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.
Met vriendelijke groet,
Ruben Houweling
Hoofdredacteur AR Updates
Hoge Raad
Hof
- Gerechtshof Amsterdam Weigering repatriëring gedetacheerde werknemer naar Nederland leidt niet tot een weigering passende arbeid te verrichten ex artikel 7:629 BW. Repatriëring wordt beheerst door artikel 7:611 BW. 23-09-2014
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch De instructieplicht van artikel 7:658 BW ziet ook op het regelmatig waarschuwen van een werknemer tegen lomp gedrag, indien die werknemer dergelijk gedrag regelmatig vertoont en dat gedrag tot ongevallen of tot gevaarlijke situaties kan leiden. 23-09-2014
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Loonvordering faalt wegens bereidverklaring bedongen arbeid te verrichten, mede op grond van uitlatingen op Facebook. 23-09-2014
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Concurrentiebeding blijft gelden bij stilzwijgende voortzetting arbeidsovereenkomst. Uitleg dat waartegen kan worden opgezegd ex artikel 20b CAO voor de Bouwnijverheid. Schadeplichtige opzegging leidt tot verval concurrentiebeding. Oneerlijke concurrentie. 23-09-2014
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden De omstandigheid dat de werknemer in de Wet sanering natuurlijke personen zit, levert geen onaanvaardbaar restitutierisico op. 23-09-2014
- Gerechtshof Amsterdam Verwijzing naar ‘standard practice’ is onvoldoende om personele gevolgen van voorgenomen reorganisatiebesluit te staven. Schending van artikel 25 lid 3 en lid 5 WOR. 08-09-2014
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Van een payrollwerkgever wordt verwacht dat hij de arbeidsrechtelijke regels kent en de inlener waarschuwt voor eventuele gevolgen van de ketenregeling. Bijzondere aan de payrolling is evenwel ook de rol van de inlener, zodat de loondoorbetaling voor 50% als schade kan worden verhaald op inlener. 02-09-2014
- Gerechtshof Amsterdam Het alsnog aanbieden van de initieel overeengekomen, maar later gewijzigde, ontslagvergoeding na uitdrukkelijke verwerping van het ontslagaanbod door werknemer, leidt niet tot overeenstemming met wederzijds goedvinden. Het mislopen van uitoefenrechten uit het optieplan dient de werkgever wegens schending van artikel 7:611 BW te vergoeden. 02-09-2014
- Gerechtshof Amsterdam Schriftelijkheidsvereiste ex artikel 7:653 BW verzet zich tegen ruime uitleg van een nevenactiviteitenverbod als concurrentiebeding. 02-09-2014
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Docente die handtekening studente nabootst op het tentamen, alsmede de handtekening van de examinator, wordt terecht op staande voet ontslagen. ROC is niet gehouden de uitspraak van de commissie van beroep te volgen. 29-07-2014
Rechtbank
- Rechtbank Amsterdam Rechtbank komt terug op in tussenvonnis gegeven bindende eindbeslissing dat sprake is van eindloonregeling. Dat een uitkeringsovereenkomst is aangegaan waarbij een eindloonregeling is overeengekomen, is onvoldoende komen vast te staan. Geen bewijslevering. 24-09-2014
- Rechtbank Midden-Nederland Van accountmanager Bol.com mocht verwacht worden dat zij, nadat zij minder is gaan werken en een heel team verantwoordelijk is geworden voor behaalde omzet, akkoord zou gaan met voorstel tot wijziging van bonussystematiek. Toetsing criteria Stoof/Mammoet. 17-09-2014
- Rechtbank Noord-Nederland Werkgever kan geen rechten ontlenen aan concurrentiebeding, omdat sprake is van schadeplichtig ontslag. Dat in voorwaardelijke ontbindingsprocedure is geoordeeld dat vertrouwensbreuk grotendeels aan werknemer te wijten is, maakt dit niet anders. 16-09-2014
- Rechtbank Limburg Opvolgend werkgeverschap bij doorstart na faillissement. Banden tussen de oude en de nieuwe werkgever worden aangenomen, mede vanwege betrokkenheid directeur failliete onderneming bij selectieprocedure. 03-09-2014
- Rechtbank Limburg Opvolgend werkgeverschap bij doorstart na faillissement. Banden tussen de oude en de nieuwe werkgever worden aangenomen, mede vanwege betrokkenheid directeur failliete onderneming bij selectieprocedure. 03-09-2014
- Rechtbank Amsterdam Verpleegkundige raadpleegt zonder toestemming 469 keer het medisch dossier van haar zus, die is opgenomen op de locatie waar werkneemster werkt. Geen dringende reden, omdat geen protocol bestaat voor de situatie dat een familielid wordt opgenomen. Ontbinding wegens verstoorde arbeidsrelatie. 29-08-2014
- Rechtbank Noord-Nederland Ondanks faillissement is sprake van een overgang van onderneming. Nu is aangestuurd op een faillissement met het voortzetten van de feitelijke activiteiten met dezelfde bedrijfsmiddelen en hetzelfde personeel, is uitzondering ex artikel 7:666 BW niet van toepassing. 22-08-2014
- Rechtbank Amsterdam Raadplegen SUWI-net door medewerker Sociale Verzekeringsbank voor niet-werkgerelateerde doeleinden leidt niet tot dringende reden voor ontslag op staande voet. Opzegging is wel rechtsgeldig, omdat op grond van BBA geen toestemming is vereist. 04-08-2014
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant Vordering werkgeefster jegens erfgename uit hoofde van diefstal in dienstbetrekking door (inmiddels overleden) werknemer is ten onrechte aangebracht bij sector civiel en wordt verwezen naar de kamer voor kantonzaken. 16-07-2014
- Rechtbank Gelderland Na afwijzing eerder ontbindingsverzoek wegens incident met bewoner, heeft werkgeefster halsstarrig vastgehouden aan het eigen gelijk. Ontbindingsverzoek wordt opnieuw afgewezen. 03-07-2014
- Rechtbank Gelderland Na afwijzing eerder ontbindingsverzoek wegens incident met bewoner, heeft werkgeefster halsstarrig vastgehouden aan het eigen gelijk. Arbeidsongeschiktheid werknemer is daardoor blijven bestaan en verergerd. Beroep van werkgeefster op predispositie werknemer is volstrekt misplaatst. Ontbinding met C=5 (€ 141.701,40 bruto). 03-07-2014