Naar boven ↑

Update

Nummer 21, 2015
Uitspraken van 19-05-2015 tot 25-05-2015
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

Rechtspraak
Graag wijs ik u op de volgende uitspraken.

WWZ: Rechter staat aanzegging bij voorbaat toe
In AR 2015-466oordeelt de kantonrechter over de aanzegverplichting uit de CAO voor de Groothandel in Levensmiddelen (uiterlijk twee periodes voor het verstrijken van de arbeidsovereenkomst moet worden aangezegd). De werkgever had de volgende bepaling in de arbeidsovereenkomst opgenomen: Conform de bepaling in artikel 17.3 van de CAO Groothandel in Levensmiddelen wordt werknemer reeds nu de verlangde duidelijkheid verstrekt, dat het dienstverband conform de overeengekomen datum in artikel 1.2 wordt beindigd. Volgens werknemer is een aanzegging bij voorbaat in strijd met de cao en de WWZ. De kantonrechter oordeelt dat geen sprake is van schending van de cao. Voorts oordeelt hij: Ook in het geval artikel 7:668 (nieuw) BW van toepassing zou zijn, zou het oordeel niet anders zijn, nu er geen sprake zou zijn van strijd met een dwingende wetsbepaling die strekt ter bescherming van n der partijen (de werknemer) bij een meerzijdige rechtshandeling. Terecht heeft werkgever gewezen op het commentaar van de minister dat deze bepaling in zoverre twee kanten uitwerkt dat de werkgever aan zijn kant het risico loopt dat een werknemer, die hij had willen behouden vroegtijdig vertrekt. Daaruit volgt dat een werkgever tegelijkertijd met het aangaan van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd al aan zijn aanzegverplichting kan voldoen.

Vaststellingsovereenkomst in strijd met dwingend recht van de WNT
In AR 2015-467 oordeelt de kantonrechter dat de tussen partijen overeengekomen vaststellingsovereenkomst met daarin een hogere vergoeding dan rechtens is toegestaan op grond van de WNT nietig is voor wat de hoogte van de vergoeding betreft. Het beroep van werknemer op artikel 7:902 BW faalt. Het overeenkomen van een beindigingsvergoeding als de onderhavige dient immers ter voorkoming van de onzekerheid die gepaard gaat met een ontbindingsverzoek op grond van artikel 7:685 lid 1 BW en de ten gevolge daarvan eventueel door de kantonrechter vast te stellen vergoeding. Daarbij is mede van belang dat partijen deze vergoeding hebben begroot conform de kantonrechtersformule. Ten overvloede merkt de kantonrechter op dat ook indien partijen wel zouden hebben beoogd de onzekerheid omtrent de toepasselijkheid van de WNT te beindigen, de vaststellingsovereenkomst niet geldig is nu deze in strijd is met de openbare orde. Uit het systeem van de wet, waarbij de onafhankelijk registeraccountant verplicht is melding te doen van vergoedingen die het maximum overstijgen en partijen verplicht zijn het onverschuldigd betaalde terug te vorderen, bij gebreke waarvan de minister handhavend zal optreden, volgt immers dat de wetgever heeft beoogd geen uitzonderingen toe te staan anders dan de enkele uitzondering van een door de (kanton)rechter toe te kennen vergoeding. Een en ander blijkt ook uit de Memorie van Toelichting bij het wetsontwerp (Kamerstukken II 2010/11, 32 600, nr. 3, p. 6).

Wachttijd voor zwangerschapsuitkering bij wisseling ambtenarenstatus in werknemersstatus is in strijd met EU-recht
Het Hof van Justitie EU oordeelde vorige week dat de wisseling van de ambtenarenstatus in dat van een civielrechtelijk dienstverband niet tot gevolg mag hebben dat op louter formele gronden de wachttijd voor het verwerven van een zwangerschapsuitkering opnieuw aanvangt (terwijl materieel de werknemer arbeid heeft verricht). De omstandigheid dat wegens het ontbreken van de werknemersstatus geen afdracht van verzekeringspremies heeft plaatsgevonden, levert geen rechtvaardiging op (AR 2015-475).

Werknemer behoudt recht op variabel loon (prestatiebonus) gedurende periode van non-actiefstelling / bestuurdersontslag. Bestuurdersontslag in beginsel niet kennelijk onredelijk wegens bewust aangaan van afbreukrisico
In AR 2015-477 oordeelt het hof dat een werknemer over de periode van non-actiefstelling niet alleen recht op basisloon behoudt, maar ook op alle prestatiebeloning en bonussen (art. 7:628 lid 3 BW). De gemiddelde bonus over de voorgaande jaren werd als referentie gekozen voor de berekening van de maandbonus. Voorts stond in deze zaak de vraag centraal of het ontslag van een bestuurder kennelijk onredelijk geoordeeld moest worden. Het hof overweegt dat bestuurders van een onderneming bewust een hoger afbreukrisico aangaan dat (doorgaans) is verdisconteerd in hun loon. Dit brengt met zich dat een ontslag van een bestuurder in beginsel niet kennelijk onredelijk is.

Albron- en Botzen-arrest: wel of geen sprake van uitsluitend intraconcern detachering bij overgang van onderneming
In AR 2015-481 staat de vraag centraal of werknemers die formeel in dienst zijn van andere vennootschappen binnen het concern, wel of niet mee overgaan met de vennootschap die krachtens overgang van onderneming aan de verkrijger is vervreemd. Werknemers beroepen zich op Albron en Botzen en stellen zich op het standpunt dat zij voornamelijk werkzaam waren in de vennootschap die is overgedragen. Het hof oordeelt anders en stelt vast dat geen sprake was van permanente detachering aan uitsluitend de overgegane vennootschap. Botzen is volgens het hof niet van toepassing.

AR Poll
Iedereen is het eens met de stelling: Ik verwacht een toename van het aantal procedures onder de WWZ.

De nieuwe stelling luidt: Loondoorbetaling door de werkgever tijdens ziekte dient alleen voor werkgerelateerde ziektegevallen te gelden (risque professionel).

Breng hieruw stem uit.

AR Annotatie Zef Even: An establishment is an establishment, of course, of course
Graag wijs ik u op de nieuwe AR Annotatie van Zef Even bij het arrest van het Hof van Justitie EU (AR 2015-418), waarin de vraag centraal staat of plaatselijke eenheid uniform moet worden uitgelegd binnen de Richtlijn collectief ontslag. Het gevolg daarvan was dat een deel van werknemers wel en een deel van de werknemers niet de bescherming bij collectief ontslag toekwam, omdat niet werd voldaan aan het getalscriterium op het niveau van de plaatselijke eenheid. In deze AR Annotatie plaats Zef dit arrest van het Hof van Justitie in de context van eerdere arresten en schetst hij de consequenties van de ook door het hof voorgestane uniforme uitleg van de gekozen begrippen. Klik hierom de noot te lezen.

Weinig tijd maar toch up to date blijven?
Volg de online jurisprudentiebesprekingen Arbeidsrecht, inclusief PO-punten. In n uur tijd en op hoog niveau wordt u door prof. mr. Ruben Houweling, mr. dr. Pascal Kruit of mr. dr. Johan Zwemmer bijgepraat over de laatste ontwikkelingen binnen het arbeidsrecht. U kunt daarbij denken aan jurisprudentie, wetsvoorstellen of belangwekkende tijdschriftartikelen.

Data: 23 juni; 1 sept; 6 okt; 10 nov; 17 dec 2015
Kosten: 69 excl. btw per webinar (1 PO-punt)
Meer informatie en inschrijven

Inzenden eigen rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij ingezonden rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de arbeidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.

Rest mij nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.

Ruben Houweling
Hoofdredacteur AR Updates

Hof van Justitie van de Europese Unie

Hoge Raad

Hof

Rechtbank