Naar boven ↑

Update

Nummer 34, 2015
Uitspraken van 19-08-2015 tot 25-08-2015
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

Rechtspraak
Graag wijs ik u op de volgende uitspraken.

Overgangsrecht WWZ: voorwaardelijk ontbindingsverzoek na 1 juli 2015 heeft betrekking op ontslag voor 1 juli 2015, zodat oud recht van toepassing blijft
In tegenstelling tot AR 2015-648 en AR 2015-753 oordeelt de Kantonrechter Amsterdam AR 2015-782 thans dat een na 1 juli 2015 ingediend voorwaardelijk ontbindingsverzoek (en een kort geding) dat betrekking heeft op de opzegging (ontslag op staande voet) van voor 1 juli 2015, op grond van het overgangsrecht WWZ dient te worden afgedaan onder het oude recht. Het ontbindingsverzoek is ingediend op basis van grotendeels hetzelfde feitencomplex als hetgeen aan het ontslag op staande voet ten grondslag is gelegd en is ingediend voor het geval het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig mocht blijken. Beide procedures hebben aldus betrekking op het ontslag op staande voet. Betrekking hebben op betekent volgens het Van Dale groot woordenboek hedendaags Nederlands gaan over, er verband mee houden, hetgeen ook een ruim bereik impliceert. Voor een meer beperkte interpretatie ziet de kantonrechter geen aanleiding, al was het maar omdat daarmee het risico ontstaat, dat op verschillende procedures die voortvloeien uit hetzelfde ontslag verschillende regels van toepassing zijn. Dat is nu juist wat overgangsrecht beoogt te voorkomen, aldus de kantonrechter.

Afwijzing (pro forma) ontbindingsverzoek a-grond wegens ontbreken afwijzing UWV
In AR 2015-771 wordt het ontbindingsverzoek van werkgever op de a-grond afgewezen. Werkgever stelde daarbij bereid te zijn werknemer bij wijze van beindigingsvergoeding het bedrag van 349.825 bruto toe te kennen en verzocht de kantonrechter werknemer deze vergoeding toe te kennen. Werkgever stelde dat als gevolg van noodzakelijke organisatorische wijzigingen de arbeidsplaats van werknemer was komen te vervallen. De kantonrechter merkt op dat wegens het ontbreken van een afwijzing van het UWV, terwijl er ook geen sprake is van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd die niet tussentijds kan worden opgezegd, het verzoek niet kan worden toegewezen (art. 7:671b BW).

Ontbindende voorwaarde, inhoudende dat de arbeidsovereenkomst eindigt als de no-risk polis komt te vervallen, is rechtsgeldig
Letterlijk no risk lopen bij een werknemer met een no-risk-polis stond centraal in AR 2015-778, waarin de vraag centraal stond of een ontbindende voorwaarde gekoppeld aan de no-risk-polis rechtsgeldig kon zijn. De kantonrechter oordeelt als volgt. Werkt een werkgever ten behoeve van anders op de reguliere arbeidsmarkt betrekkelijk kansloze werknemers zoals werknemer (die daarvoor een beroerte had gehad, met blijvende fysieke en psychische beperkingen tot gevolg) mee aan een regeling als deze (met financile zekerheid voor de werkgever ter zake van loon- en bijkomende kosten bij uitval van de werknemer) om in casu werknemer een baan aan te bieden, dan is het met het wettelijk stelsel van het ontslagrecht verenigbaar dat die werkgever zich op voorhand ervan verzekert dat de beindiging van de no-risk-polis voor hem geen nadelige gevolgen heeft. Het is redelijk dat in de verhouding tot de betrokken werknemer de beindiging van die dispensatie dan niet voor rekening van de werkgever komt. Vgl. ook HR 2 november 2011, AR 2012-966 (HTM-arrest).

Connexxion is op grond van Skills-arrest reistijdvergoeding verschuldigd
In AR 2015-775 staat de vraag centraal of de reistijd van en naar de werkplek moet worden beschouwd als werktijd. Blijkens het Skills-arrest (HvJ EG van 18 januari 2001, C-297/99) komt een bestuurder die zich naar een bepaalde plaats begeeft die door zijn werkgever is aangeduid en niet het exploitatiecentrum van de onderneming is, om er een voertuig over te nemen en te besturen, een verplichting tegenover zijn werkgever na. De bestuurder voert op dat moment een taak uit die voortvloeit uit de relatie met zijn werkgever. Tijdens dit traject beschikt de bestuurder dus niet vrij over zijn tijd en deze dient derhalve als werktijd te worden aangemerkt.

AR Poll
67% was het eens met de stelling: De kantonrechter dient een uitspraak te doen in geval van een geregelde ontbinding.
De nieuwe stelling luidt: Overgangsrecht WWZ: een voorwaardelijke ontbinding heeft uit de aard van de procedure betrekking op het ontslag op staande voet, zodat oud recht van toepassing blijft.
Breng hier uw stem uit.

AR Annotatie: Arbeidsverhoudingen, de weg van de minste weerstand en de cao
Graag wijs ik u op de nieuwe annotatie van Zef Even bij AR 2015-666. In dit vonnis stond de staking van zelfstandigen bij PostNL centraal. In deze noot gaat Zef in op de vraag of het oordeel van de rechter juist is, dat er geen georganiseerde achterban was en dergelijke zelfstandigen geen recht op staking hebben en daardoor onrechtmatig handelen (terwijl Panhonlibco wellicht uitkomst biedt). Meer algemeen stelt hij de vraag of het niet de hoogste tijd wordt voor meer differentiatie van werknemersbegrippen en toekennen van bescherming.
Klik hier om de annotatie te lezen.

Weinig tijd maar toch up to date blijven?
Volg de online jurisprudentiebesprekingen Arbeidsrecht, inclusief PO-punten. In n uur tijd en op hoog niveau wordt u door prof. mr. Ruben Houweling, mr. dr. Pascal Kruit of mr. dr. Johan Zwemmer bijgepraat over de laatste ontwikkelingen binnen het arbeidsrecht. U kunt daarbij denken aan jurisprudentie, wetsvoorstellen of belangwekkende tijdschriftartikelen.
Data: 1 sept; 6 okt; 10 nov; 17 dec 2015
Kosten: 69 excl. btw per webinar (1 PO-punt)
Meer informatie en inschrijven

Inzenden eigen rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij ingezonden rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de arbeidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.


Rest mij nog u een bijzonder fijne zomer(vakantie) toe te wensen!

Met vriendelijke groet,

Ruben Houweling
Hoofdredacteur AR Updates

Hof

Rechtbank