Naar boven ↑

Update

Nummer 6, 2015
Uitspraken van 03-02-2015 tot 09-02-2015
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u weer een nieuwe AR Update aan.

NIEUWE ZOEKMACHINE AR UPDATES
Sinds deze maand is AR Updates voorzien van een vernieuwde en verbeterde zoekmachine. Naast de gebruikelijke features is de zogenoemde filter een absolute aanwinst. Wie op zoek is naar een bepaalde ontbindingszaak uit 2012, of bijvoorbeeld naar de bijbehorende rechter of wederpartij, kan die zaken nu gemakkelijk filteren uit het archief (met inmiddels meer dan 7250 uitspraken!). Daarmee is AR Updates niet alleen het meest snelle en meest complete medium op het terrein van het arbeidsrecht, het is ook nog eens het meest innovatief! Klik hier om gebruik te maken van de zoekfunctie.

Rechtspraak
Graag wijs ik u op de volgende uitspraken.

Hof van Justitie kan zich niet uitlaten over virtuele arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd
In AR 2015-123 wordt aan het Hof van Justitie EU de vraag voorgelegd of de wettelijke regeling waarin het mogelijk wordt gemaakt een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd met een proeftijd van een jaar te sluiten, geen afbreuk doet aan de bescherming van clausule 5 Richtlijn 1999/70/EG en artikel 30 Handvest Grondrechten EU (bescherming tegen kennelijk onredelijk ontslag). Het Hof wijst erop dat het Handvest pas kan worden toegepast indien het Unierecht in het geding is en buigt zich vervolgens over wat de verwijzende rechter de virtuele arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd noemt. Het Hof oordeelt dat de Richtlijn alleen van toepassing is op arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd en niet op een proeftijd van een jaar in een onbepaalde tijdscontract.

Timing schriftelijkheidsvereiste bij proeftijdbeding
In AR 2015-125 oordeelt het hof over de vraag of werknemer aan een proeftijdbeding is gebonden dat pas schriftelijk wordt aangegaan in de tweede maand van de arbeidsovereenkomst, waarin middels incorporatie een cao van toepassing wordt verklaard waarin een afwijkende proeftijd van twee maanden is toegestaan. Deze vraag beantwoordt het hof ontkennend. Volgens het hof brengt artikel 7:652 BW met zich dat het proeftijdbeding eerder, doch uiterlijk gedurende de eerste maand van de negen maanden durende overeenkomst (de wettelijke termijn), overeengekomen had moeten worden.

Onderneming in de zin van de CAO voor de Gemaksvoedingsindustrie omvat samenstel van rechtspersonen (het volledige concern). Gebondenheid van een van de dochterondernemingen aan de cao brengt geen automatische gebondenheid overige dochterondernemingen met zich ex artikel 9 WCAO
Het Hof Den Bosch oordeelt in AR 2015-127 over de vraag of voor de toepassing van de CAOs voor de Gemaksvoedingindustrie een ruim of eng ondernemingsbegrip moet worden gehanteerd. In casu bestond de onderneming uit een holdingstructuur met verschillende dochteronderneming die met verschillende taken waren belegd, maar wel met elkaar verband hielden. Het hof kiest voor een ruime algemeen maatschappelijk gangbare uitleg van het begrip onderneming en niet voor de veel engere benadering van rechtspersoon. Dit brengt met zich dat gedurende de algemeen verbindendverklaarde periodes de hele onderneming onder de cao viel. Het antwoord op de vraag of de gebondenheid van n van de vier ondernemingen aan de cao (ook buiten avv) ook gebondenheid van de overige bvs met zich brengt, luidt volgens het hof ontkennend.

Gokverslaafde werknemer handelt onrechtmatig jegens werkgever door ruim 10.000 keer met zakelijke telefoon naar betaalnummer te bellen
De kantonrechter oordeelde in AR 2015-111 dat het veelvuldig bellen naar betaalnummers met een zakelijke telefoon leidt tot onrechtmatig handelen van werknemer. De gevorderde vergoeding van 11.806,78 voor vergoeding telefoonkosten wordt toegewezen. Het ontslag op staande voet wordt niet rechtsgeldig geoordeeld, omdat werkgever niet onverwijld zou hebben opgezegd en omdat werknemer geen verwijt kan worden gemaakt van zijn handelen. De verslaving zou hem hebben gedwongen te bellen.

Herhaaldelijk schenden van controlevoorschriften leidt tot ontslag op staande voet
In deze Vixia/Gerrits-zaak oordeelt de kantonrechter over het herhaaldelijk schenden van controlevoorschriften als volgt. Voor het niet-naleven van controlevoorschriften is in beginsel opschorting van het loon de aangewezen sanctie. Echter de Hoge Raad (HR 8 oktober 2004, JAR 2004/259, Vixia/Gerrits) heeft ook bepaald dat dit niet uitsluit dat de niet-naleving van de bedoelde voorschriften gepaard gaat met andere feiten en omstandigheden die, in onderlinge samenhang, wl het oordeel wettigen dat een zodanige dringende reden aanwezig is. In het onderhavige geval is sprake van dergelijke bijkomende omstandigheden. Werknemer is stelselmatig zonder bericht niet op het spreekuur van de bedrijfsarts verschenen. De werknemer is daarbij herhaalde malen gewaarschuwd dat hij zich aan de regels diende te houden en hij is gewezen op de gevolgen (loonopschorting en eventueel ontslag) wanneer hij dat niet zou doen. De waarschuwingen, de mededelingen dat bij niet naleving van de voorschriften opschorting van het loon zal plaatsvinden, het daadwerkelijk overgaan tot het opschorten van het loon alsmede het dreigen met ontslag hebben allen niet het gewenste effect gehad. Daarnaast is werknemer ook enkele malen niet bereikbaar geweest voor zijn werkgever (AR 2015-122).

AR Poll
Eenderde was het eens met de stelling: Het niet meetellen van tijdvakken voor 18 jaar bij de transitievergoeding is in strijd met de WGBL.

De nieuwe stelling luidt: Ik verwacht dat vanaf 1 juli 2015 (WWZ) werkgever nog meer gaan schikken dan nu het geval is. Breng hier uw stem uit.

AR Annotatie: Obesitas en arbeidsrecht
Graag wijs ik u op de nieuwe AR Annotatie van Willemijn Roozendaal bij het arrest van het Hof van Justitie inzake gelijke behandeling en zwaarlijvigheid (AR 2014-1086). Willemijn analyseert het arrest en plaatst het arrest in de context van Ring en Chacon/Navas. Vervolgens gaat zij in op de vraag of en hoe dit arrest van invloed zal zijn op de Nederlandse rechtsorde. Daarbij behandelt zij ook de (recente) oordelen van het CBR. Klik hier om de noot te lezen.

Weinig tijd maar toch up to date blijven?
Volg de online jurisprudentiebesprekingen Arbeidsrecht, inclusief PO-punten. In n uur tijd en op hoog niveau wordt u door prof. mr. Ruben Houweling, mr. dr. Pascal Kruit of mr. dr. Johan Zwemmer bijgepraat over de laatste ontwikkelingen binnen het arbeidsrecht. U kunt daarbij denken aan jurisprudentie, wetsvoorstellen of belangwekkende tijdschriftartikelen.
Data: 24 mrt; 12 mei; 23 juni; 1 sept; 6 okt; 10 nov; 17 dec 2015.
Kosten: 69 excl. btw per webinar (1 PO-punt)
Meer informatie en inschrijven.

Inzenden eigen rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij ingezonden rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de arbeidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.

Rest mij nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.

Met vriendelijke groet,

Ruben Houweling
Hoofdredacteur AR Updates

Hof van Justitie van de Europese Unie

Hof

Rechtbank

Antillen