Update
AR Annotatie Olav van der Kind: De 671b-procedure: een keurslijf voor de kantonrechter?
Graag wijs ik u op de nieuwe AR Annotatie van Olav van der Kind. In zijn noot staat hij uitgebreid stil bij verschillende meer processuele vragen naar aanleiding van AR 2016-0095, AR 2016-0188, AR 2016-0257 en AR 2016-0369. In hoeverre mag de rechter zelf de redelijke grond bepalen? Staat het hem vrij in plaats van de aangevoerde g-grond te ontbinden op een h-grond? En in hoeverre is de rechter gebonden aan hetgeen is gevorderd bij het bepalen van de billijke vergoeding? Op deze vragen en meer geeft Olav antwoord. Klik hier om zijn noot te lezen.
Rechtspraak
Graag wijs ik u op de volgende uitspraken.
WWZ: billijke vergoeding 90.000 naast de transitievergoeding van ruim 77.000 wegens ernstig verwijtbaar handelen
In AR 2016-0412 wordt een werknemer geconfronteerd met het feit dat hij twee telefoons van een zakenrelatie heeft aangenomen in strijd met het reglement. De werkgever neemt dit hoog op en laat uiteindelijk een recherchebureau op werknemer los. De kantonrechter oordeelt uiteindelijk als volgt. Niet valt in te zien waarom werkgeefster begin oktober 2015 besloot om een recherchebureau in te schakelen. Op dat moment stond immers reeds vast dat werknemer de procedureregels ten aanzien van de S4 en de S6 niet correct had nageleefd. De kantonrechter kan zich niet aan de indruk onttrekken dat de beslissing om over te gaan tot het inschakelen van een recherchebureau met alle gevolgen van dien voor de arbeidsrelatie enkel was gebaseerd op wantrouwen van de zijde van werkgeefster richting werknemer. Gelet op zijn onberispelijke staat van dienst en een trouw dienstverband van 28 jaar, had van werkgeefster mogen worden verwacht dat zij zelf met werknemer in gesprek was gebleven en had getracht om een mogelijk geschaad vertrouwen in werknemer te herstellen. Een en ander levert ernstig verwijtbaar handelen van werkgeefster op, zodat een billijke vergoeding zal worden toegewezen. Alle omstandigheden van het geval afwegende (waaronder het gegeven dat het brutoloon van werknemer ongeveer twee keer zo hoog is als het maximumdagloon voor de WW-uitkering) stelt de kantonrechter de billijke vergoeding vast op een bedrag van 90.000 bruto (de transitievergoeding van 77.000 is daarin niet inbegrepen).
WWZ-ontbindingsverzoeken in appel: Asscher-escape en voorwaardelijke ontbinding
In AR 2016-0420 oordeelt het Hof Amsterdam dat de kantonrechter ten onrechte het voorwaardelijke ontbindingsverzoek heeft afgewezen. Bijgevolg wordt alsnog per heden de arbeidsovereenkomst voorwaardelijk ontbonden. Het gedrag van de werknemer vermeende diefstal van goudstaven bij postverwerking leidt ertoe dat sprake is van ernstig verwijtbaar handelen van de werknemer zodat de transitievergoeding niet verschuldigd is.
In AR 2016-0418 oordeelt het Hof Den Bosch over de vraag of is voldaan aan de g-grond. Onder verwijzing naar de Beleidsregels Ontslagtaak UWV (oud) overweegt het hof dat in zon geval sprake moet zijn van een ernstige en duurzame verstoring. Daarvan is in casu sprake omdat werkneemster enkel via een derde persoon kan communiceren met de voorzitter van het bestuur. Direct contact was ondanks de staande praktijk van vijf jaar niet langer werkbaar. In deze procedure doet werkneemster een beroep op de zogenoemde Asscher-escape, stellende dat de werkgever haar een billijke vergoeding verschuldigd is. Het hof erkent de Asscher-escape als zodanig, maar acht die in casu niet aanwezig.
WWZ: geen recht op een billijke vergoeding ex artikel 7:671b BW waar artikel 7:681 BW dat wel geeft/billijke vergoeding artikel 7:681 is geprognotiseerde loonaanspraak, minus transitievergoeding, min vergoeding onregelmatige opzegging en minus inkomsten elders
In AR 2016-0399 staat de vraag centraal of werkneemster die ten onrechte op staande voet is ontslagen, recht heeft op een billijke vergoeding indien de kantonrechter (na vernietiging van de opzegging) de arbeidsovereenkomst op het voorwaardelijke ontbindingsverzoek onvoorwaardelijk ontbindt. Volgens werkneemster is dit het geval, omdat de g-grond mede is veroorzaakt door het ten onrechte ontslag op staande voet. De kantonrechter oordeelt anders. Anders dan bij verzoek om toekenning billijke vergoeding ex artikel 7:681 lid 1 onderdeel a BW, leidt in het kader van artikel 7:671b lid 8 onderdeel c BW de enkele omstandigheid dat sprake is geweest van een (ongeldig) ontslag op staande voet niet zonder meer tot de conclusie dat de daaropvolgende ontbinding het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen/nalaten van werkgever.
In AR 2016-0401 oordeelt de kantonrechter over de hoogte van de billijke vergoeding ingeval de werknemer bij ontslag op staande voet niet kiest voor vernietiging. Allereerst overweegt de rechter dat het uitmaakt of in het geheel geen dringende reden aanwezig is of slechts sprake is van schending van formele gronden (bijvoorbeeld ontbreken onverwijldheid). Voorts gaat de kantonrechter uitvoerig in op de wijze waarop de billijke vergoeding van artikel 7:681 BW moet worden vastgesteld. Deze vergoeding moet een compensatie bieden voor het ten onrechte niet genoten loon. Hierop brengt de kantonrechter in mindering de toegekende transitievergoeding, vergoeding wegens onregelmatige opzegging en een inschatting van de inkomsten die werknemer elders verdient.
Geen uitzendovereenkomst wegens schending informatieplicht artikel 7:655 lid 1 onderdeel m BW
In AR 2016-0417 staat de vraag centraal hoe de arbeidsovereenkomst tussen partijen moet worden geduid: wel of geen uitzendovereenkomst. Volgens werkgever is sprake van een uitzendovereenkomst zodat een beroep kan worden gedaan op het uitzendbeding. Het hof oordeelt dat in casu de onduidelijkheid over het soort arbeidsovereenkomst mede op grond van artikel 7:655 lid 1 onderdeel m BW (verplichting mede te delen of de arbeidsovereenkomst een uitzendovereenkomst is als bedoeld in art. 7:690 BW) met zich brengt dat werkgever geen beroep toekomt op het uitzendbeding. Bovendien was in de overeenkomst bepaald dat werkneemster onder leiding en toezicht van werkgever stond (en niet de inlener), waardoor artikel 7:690 BW evenmin van toepassing is.
Anticumulatiebepaling in sociaal plan (pensioenplafond bij ontslagvergoeding) niet in strijd met WGBL
In AR 2016-0408 oordeelt de kantonrechter onder verwijzing naar Hof van Justitie EU-rechtspraak over de rechtsgeldigheid van een pensioenplafond bij het toekennen van ontslagvergoedingen in een sociaal plan. Op grond van onder meer het Odar-arrest oordeelt de kantonrechter dat het aftoppen van vergoedingen voor oudere werknemers om daarmee tot een evenwichtigere spreiding van ontslagvergoedingen te komen objectief gerechtvaardigd is.
AR Poll
Ruim 75% is het eens met de stelling: Het systeem en stelsel van collectieve arbeidsvoorwaarden(vorming) is dringend aan herziening toe.
De nieuwe stelling luidt: De Wet deregulering beoordeling arbeidsrelatie zal tot minder schijnzelfstandigheid leiden.
Breng hier uw stem uit.
Inzenden eigen rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij ingezonden rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de arbeidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.
Rest mij nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.
Met vriendelijke groet,
Ruben Houweling
Hoofdredacteur AR Updates
Hoge Raad
Hof
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Geen uitzendovereenkomst ex artikel 7:690 BW nu leiding en toezicht bij ‘uitzender’ ligt. Bovendien in strijd met artikel 7:655 lid 1 onderdeel m BW geen melding gemaakt van uitzendkarakter waardoor geen beroep is toegestaan op uitzendbeding. 12-04-2016
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Bewijswaardering vermeende schending geheimhoudingsbeding. Getuigenissen van collega-werknemers over voorval lang geleden minder betrouwbaar. 12-04-2016
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Vordering tot nakoming bovenwettelijke werkloosheidsregeling in kort geding. Geen sprake van recht op herleving van aansluitende uitkering na onderbrekingen. 12-04-2016
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Geen kennelijk onredelijke opzegging. Werkgever is gelet op alle omstandigheden van het geval niet gehouden om naast het aangeboden outplacementtraject ook nog een financiële vergoeding voor werknemer te treffen. 12-04-2016
- Gerechtshof Den Haag De enkele omstandigheid dat de kantonrechter het ene vonnis aan het andere vonnis heeft gehecht en in dat laatste vonnis de overwegingen uit het aangehechte vonnis beschouwd als herhaald en ingelast, is onvoldoende om te concluderen dat werkgever zich niet zou kunnen beroepen op het gezag van gewijsde van het aangehechte vonnis. 12-04-2016
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Communicatie via een ‘buffer’ van een derde persoon die tussen werkneemster en bestuur staat maakt de arbeidsverhouding ernstig en duurzaam verstoord. Van werkgever kan niet worden gevergd een buffer in stand te laten. Asscher-escape in casu niet aan de orde. 07-04-2016
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Geen doorbreking appelverbod. Om te kunnen vaststellen of er een vaststellingsovereenkomst tot stand is gekomen, is nadere bewijslevering nodig. De aard van de ontbindingsprocedure, die is gericht op een snelle beslissing, verzet zich daartegen. 06-04-2016
- Gerechtshof Den Haag Arts in opleiding behoudt recht op loon gedurende zijn beroep bij de Geschillencommissie KNMG over rechtsgeldigheid besluit opzegging opleidingsovereenkomst (schorsende werking beroep bij Geschillencommissie), ook indien Geschillencommissie opleidingsinstituut gelijk geeft. 05-04-2016
- Gerechtshof Amsterdam Voorwaardelijke ontbinding alsnog toegewezen. Transitievergoeding niet verschuldigd wegens ernstig verwijtbaar handelen werknemer (diefstal van goudstaven). 29-03-2016
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Kennelijk onredelijk ontslag. Het ziekenhuis was niet gehouden om het mortuarium zelfstandig te blijven exploiteren teneinde de werkplek van de werknemer in stand te houden. Wel gebrekkig nazorgtraject ziekenhuis. Vergoeding van € 9600 toegekend. 22-03-2016
- Gerechtshof Amsterdam Loonvordering wegens onjuiste afwijking van artikel 7:629 BW. Ziekterisico mag niet op werknemer worden afgewenteld. 28-04-2015
Rechtbank
- Rechtbank Midden-Nederland Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd wordt geacht voor dezelfde tijd en op de vroegere voorwaarden te zijn voortgezet (ex art. 7:668 lid 4 onderdeel a BW). Er is daarnaast geen plaats voor het toekennen van een vergoeding wegens schending van de aanzegverplichting (art. 7:668 lid 3 BW), omdat dit zou neerkomen op het opleggen van een dubbele sanctie aan de werkgever. 13-04-2016
- Rechtbank Amsterdam Ontbinding arbeidsovereenkomst arbeidsongeschikte Tax Manager wegens verstoorde arbeidsrelatie na incident met collega. Billijke vergoeding € 75.000. 12-04-2016
- Rechtbank Overijssel Aanzegverplichting. In de wettekst noch in de parlementaire geschiedenis is een basis te vinden voor de stelling dat te laat aanzeggen het in artikel 7:668 lid 4 onderdeel a BW genoemde gevolg, te weten voortzetting, in de weg staat. De arbeidsovereenkomst wordt geacht te zijn voortgezet voor dezelfde duur. 12-04-2016
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant Afwijzing ontbindingsverzoek. Interim-manager constateert al 3,5 maand nadat werkneemster in een nieuwe functie is geplaatst, dat zij niet aan het gewenste profiel voldoet. Geen verbetertraject. Verstoorde arbeidsrelatie onvoldoende aangetoond. 11-04-2016
- Rechtbank Amsterdam Beroep op winstdelingsregeling (op grond van CAO Martinair Vliegers 2012-2013) door vrachtvliegers Martinair is niet naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar. 11-04-2016
- Rechtbank Limburg Afwijzing ontbindingsverzoek op grond van d-grond en g-grond. Na wijziging bedrijfscultuur en bedrijfsstructuur heeft werknemer slechts twee maanden de tijd gekregen zijn functioneren te verbeteren. 08-04-2016
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant Anticumulatiebepaling sociaal plan geldig. Geen verboden onderscheid naar leeftijd in de zin van de WGBL, nu het onderscheid objectief gerechtvaardigd is. 06-04-2016
- Rechtbank Noord-Holland Anders dan bij verzoek om toekenning billijke vergoeding ex artikel 7:681 lid 1 onderdeel a BW, leidt in het kader van artikel 7:671b lid 8 onderdeel c BW de enkele omstandigheid dat sprake is geweest van een (ongeldig) ontslag op staande voet niet zonder meer tot de conclusie dat de daaropvolgende ontbinding het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen/nalaten van werkgever. 05-04-2016
- Rechtbank Noord-Holland Ontbindingsverzoek (e-grond) toegewezen. Dat werknemer zijn gebrek aan vaardigheden ernstig heeft onderschat (door op zijn cv bepaalde vaardigheden met drie sterren te waarderen ten opzichte van één of twee sterren), rechtvaardigt weliswaar geen ontslag op staande voet, maar levert wel verwijtbaar handelen/nalaten van werknemer op. 04-04-2016
- Rechtbank Overijssel Ontslag op staande voet is volstrekt onvoldoende met feiten en omstandigheden onderbouwd en toegelicht. Toekenning vergoeding wegens onregelmatige opzegging en transitievergoeding. Billijke vergoeding wordt bepaald aan de hand van feitelijke omstandigheden, waarbij ervan wordt uitgegaan dat het dienstverband tot 1 januari 2017 zou hebben voortgeduurd. 01-04-2016
- Rechtbank Amsterdam Toewijzing ontbindingsverzoek (g-grond). Nu partijen reeds een jaar hebben onderhandeld over beëindiging van het dienstverband in der minne, moet worden vastgesteld dat - als gevolg van dit vruchteloos verlopen traject - sprake is van een verstoorde arbeidsverhouding. 31-03-2016
- Rechtbank Rotterdam Door twee keer te weigeren de uitslag van een drugstest met werkgever te delen en te weigeren een derde drugstest te doen is er sprake van een dringende reden voor ontslag op staande voet. Tevens voorwaardelijke ontbinding van de arbeidsovereenkomst (e-grond). 30-03-2016
- Rechtbank Noord-Nederland Toewijzing ontbinding (g-grond). Tevens billijke vergoeding (€ 7.500) verschuldigd. Mede door werknemer in een lagere salarisschaal in te delen en niet te onderbouwen waarom dit in casu gerechtvaardigd was, is sprake van ernstig verwijtbaar handelen/nalaten werkgever. 23-03-2016
- Rechtbank Gelderland Toewijzing ontbinding (g-grond). Werkgeefster heeft ernstig verwijtbaar gehandeld door recherchebureau in te schakelen, terwijl zij zelf met werknemer in gesprek had moeten blijven om zodoende te trachten geschaad vertrouwen te herstellen. Billijke vergoeding (€ 90.000) toegewezen. 25-02-2016
- Rechtbank Noord-Holland Artikel 6 van de individuele arbeidsovereenkomsten, waarin een van de cao-regeling afwijkend beding ten aanzien van reisuren is opgenomen, is aan te merken als een nietig beding in de zin van artikel 12 Wet CAO. 03-02-2016
- Rechtbank Midden-Nederland ROC aansprakelijk voor schade docent als gevolg van val tijdens schaatsen. Buitenschoolse schaatsactiviteit met studenten valt onder de uitoefening van de werkzaamheden. Geen huis-, tuin- en keukenongeval. Met enkele instructie omtrent gebruik van handschoenen, is niet aan zorgplicht voldaan. 03-02-2016
- Rechtbank Den Haag De wijziging van de Wet arbeid vreemdelingen en het ontbreken van overgangsrecht had via exceptieve toetsing aan de orde gesteld kunnen worden in een bestuursrechtelijke procedure, zodat er geen taak meer is weggelegd voor de civiele rechter om zich hierover uit te laten. 27-01-2016
- Rechtbank Noord-Nederland Verjaring vordering met betrekking tot OPS-gerelateerd ziektebeeld. 24-04-2014
Centrale Raad van Beroep
- Centrale Raad van Beroep Geen twijfel aan de juistheid van het standpunt van de verzekeringsarts over de medische situatie van appellante. 06-04-2016
- Centrale Raad van Beroep Als na beëindiging van een arbeidsongeschiktheidsuitkering, WW wordt ontvangen en tijdens de WW-periode een ziekmelding volgt, zijn de functies die ten grondslag hebben gelegen aan een beoordeling in het kader van de arbeidsongeschiktheidsuitkering te zien als de arbeid van betrokkene. Een van die functies is voldoende voor de vaststelling dat geen recht bestaat op ziekengeld. 06-04-2016
- Centrale Raad van Beroep Het besluit van UWV om met terugwerkende kracht geen inkomstenverrekening meer toe te passen is in strijd met het rechtszekerheidsbeginsel. 06-04-2016
- Centrale Raad van Beroep Duidelijk is geworden welke informatie door de verzekeringsarts in het rapport is gebruikt. Deze informatie is voldoende om de conclusie tot arbeidsgeschiktheid te kunnen dragen. 06-04-2016
- Centrale Raad van Beroep De verzekeringsarts is niet verplicht om de behandelend sector te raadplegen. Er waren geen aanknopingspunten voor verandering in de medische situatie en appellant heeft zelf ook geen medische stukken in het geding gebracht. 06-04-2016
- Centrale Raad van Beroep Appellant is terecht arbeidsgeschikt geacht. Geen reden tot twijfelen aan oordeel van verzekeringsarts of onzorgvuldig onderzoek. 06-04-2016
- Centrale Raad van Beroep Geen redenen om aan de juistheid van de verzekeringsarts te twijfelen met betrekking tot de vaststelling van de medische situatie van appellante. 06-04-2016
- Centrale Raad van Beroep 'Zijn arbeid' is in dit geval een combinatie van de laatst verrichte arbeid en een van de geselecteerde functies in het kader van de beoordeling op grond van Wet WIA. 06-04-2016
- Centrale Raad van Beroep Onvoldoende aanknopingspunten om te oordelen dat UWV niet voldoende inzichtelijk heeft gemotiveerd waarom het voor het vaststellen van de ingangsdatum van de IVA-uitkering is uitgegaan van de datum van het verzoek om een herbeoordeling. 01-04-2016
- Centrale Raad van Beroep Per 1 juni 2013 is de dagloongarantie voor de WW beperkt tot werknemers die vanuit werkloosheid werk hebben aanvaard bij een andere werkgever en binnen een bepaalde termijn opnieuw werkloos worden. De wetgever heeft bij deze wijziging onvoldoende rekening gehouden met de belangen van werknemers die voorafgaand aan de inwerkingtreding van het Dagloonbesluit de overstap van de ene naar de andere dienstbetrekking hebben gemaakt, zonder tussenliggende werkloosheid. 30-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Omstandigheden van het geval geven voldoende en ondubbelzinnige indicatie voor het bestaan van een reële en volledige arbeidsongeschiktheid bij aanvang van de verzekering. WIA-uitkering terecht geweigerd. 25-03-2016
- Centrale Raad van Beroep UWV heeft, ondanks een onjuiste vaststelling van de referteperiode, terecht bij het vaststellen van het WW-dagloon de in het refertejaar opgebouwde maar niet uitbetaalde bedragen aan eindejaarsuitkering en bindingstoelage niet in aanmerking genomen. Loonopgave werkgever is uitgangspunt voor vaststellen WW-dagloon. 23-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Verwijtbare werkloosheid wegens diefstal. Dat de werkgever na een ontslag op staande voet wegens diefstal in een vaststellingsovereenkomst geen diefstal meer aan de beëindiging van de arbeidsovereenkomst ten grondslag legt, doet niet aan af aan het bestaan van verwijtbare werkloosheid. 23-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Zorgvuldig onderzoek. Ziekte van Lyme. Het feit dat op grond van de Wet werk en bijstand (WWB) een ontheffing geldt voor de sollicitatieplicht, brengt niet mee dat sprake is van ongeschiktheid in het kader van de ZW. Beide wetten kennen een ander toetsingskader. 23-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Beperkingen als gevolg van angstklachten en het feit dat therapie is aangewezen, staan het hervatten in arbeid niet in de weg. 23-03-2016
- Centrale Raad van Beroep UWV heeft terecht de aanvraag van betrokkene voor een WW-uitkering afgewezen. Betrokkene heeft niet voldaan aan het beschikbaarheidsvereiste. 23-03-2016
- Centrale Raad van Beroep UWV heeft terecht inkomsten van appellante betrokken bij de berekening van het dagloon, omdat de werkzaamheden van appellante zijn verricht op basis van een privaatrechtelijke dienstbetrekking. 23-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Niet-ontvankelijkheid van een voor het begin van de termijn ingediend bezwaar- of beroepschrift moet achterwege blijven omdat indiener redelijkerwijs kon menen dat het besluit reeds genomen was. 22-03-2016
- Centrale Raad van Beroep De fiscaal verantwoorde en vastgestelde (netto)winst van een zelfstandige dient te worden aangemerkt als inkomsten uit arbeid in de zin van artikel 44 WAO. UWV heeft terecht de fiscale bijtelling over de aankoopwaarde van de bedrijfsbus als inkomsten uit arbeid beschouwd. 18-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Het oordeel van de verzekeringsarts ten aanzien van de urenbeperking is niet nader gemotiveerd en niet geconcretiseerd voor appellante. Ten onrechte is geen urenbeperking aangenomen. 18-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Het door een voormalig werkneemster niet reageren op een ongericht verzoek van overheidswerkgeefster inzake inzage in de re-integratie-inspanningen levert geen overtreding van de verplichtingen uit de WW op. UWV heeft terecht aan werkneemster geen maatregel opgelegd. 17-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Geen recht op uitkering van ziekengeld meer na een bezoek bij de verzekeringsarts. De verzekeringsarts heeft zorgvuldig onderzoek verricht. Afdoende is onderbouwd waarom is afgezien van het opvragen van nadere informatie bij RIAGG. Informatie huisarts geeft geen aanknopingspunten voor arbeidsongeschiktheid. In hoger beroep ingebrachte medische stukken werpen geen ander licht op de zaak. 17-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Niet voldaan aan referte-eis. Geen sprake van een ‘in de plaats gekomen dienstverband’ ex artikel 17a lid 2 WW, zodat dit dienstverband niet meetelt in de beoordeling of voldaan is aan de referte-eis. 17-03-2016
- Centrale Raad van Beroep UWV aansprakelijk voor schade geleden door een overheidswerkgever als gevolg van het ten onrechte niet opleggen van een maatregel aan werkneemster. 17-03-2016
- Centrale Raad van Beroep De functionele mogelijkheden van de werknemer zijn door de bedrijfsarts verkeerd ingeschat. Het niet starten van het tweede spoor leidt tot een loonsanctie. 16-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Gelet op de hoogte van de inkomsten uit het pgb van haar echtgenoot kon het betrokkene redelijkerwijs duidelijk zijn dat zij te veel uitkering ontving. UWV is terecht overgegaan tot terugvordering van de onverschuldigd betaalde uitkering. 11-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Minder terughoudende toetsing in het kader van artikel 4:6 Awb bij een doorlopende periodieke aanspraak voor de periode na de aanvraag. 09-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Arbeidsgeschiktheid kan niet met terugwerkende kracht worden vastgesteld. Beëindiging van ZW-uitkering dient te worden beoordeeld aan de hand van een zorgvuldig tot stand gekomen dossier, maar hiervoor is niet vereist dat de werknemer persoonlijk door een verzekeringsarts is gezien of dat alle door werknemer aangeboden stukken door de arts worden geaccepteerd. 09-03-2016
- Centrale Raad van Beroep UWV heeft terecht het WW-dagloon gebaseerd op het WAO-vervolgdagloon. 09-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Het feit dat appellant in twee gevallen betrokken is geweest bij het op haar naam zetten van auto’s en dat zij twee huurcontracten heeft ondertekend is onvoldoende voor het aannemen van een schending van de inlichtingenplicht. Er kan slechts gesproken worden van een door appellante verrichte vriendendienst. 09-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Een WGA-uitkering wordt niet toegerekend aan een eigenrisicodrager indien uit één en dezelfde dienstbetrekking zowel het recht op een ZW-uitkering als WGA-uitkering is ontstaan. Dat is ook het geval voor zover het recht op ZW-uitkering is gebaseerd op arbeidsongeschiktheid ten gevolge van klachten van zwangerschap en bevalling. Artikel 82 lid 4 Wet WIA voorkomt negatieve risicoselectie door werkgevers van vrouwen. 04-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Bijtelling privégebruik auto wordt per 1 januari 2013 beschouwd als inkomen uit arbeid en dus in mindering gebracht op de WAO-uitkering. Van een ongerechtvaardigde inbreuk op het ongestoord genot van zijn eigendom als bedoeld in artikel 1 van het Eerste Protocol is geen sprake. 04-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Bezwaarprocedure UWV inzake herroeping al dan niet opgelegde loonsanctie is niet in strijd met de Algemene wet bestuursrecht (Awb). 02-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Ondanks familierelatie is sprake van een gezagsverhouding. De Raad hanteert niet langer het uitgangspunt dat het bestaan van een privaatrechtelijke dienstbetrekking tussen ouder en kind in de regel niet aannemelijk is wegens het gewoonlijk ontbreken van de vereiste gezagsverhouding. 02-03-2016
- Centrale Raad van Beroep UWV heeft terecht loonsanctie van appellante niet bekort, omdat appellante geen adequaat tweede spoortraject heeft ingezet. 02-03-2016
- Centrale Raad van Beroep UWV heeft niet aannemelijk gemaakt dat appellante onjuiste informatie heeft verstrekt over haar gezondheidstoestand en daarmee haar inlichtingenverplichting heeft geschonden. WIA-uitkering is ten onrechte met terugwerkende kracht ingetrokken en teruggevorderd. 02-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Als het vermoeden rijst dat er sprake is van een onterechte uitkering is het aan UWV om voldoende feiten en omstandigheden te vergaren. Indien aan de hand hiervan komt vast te staan dat er inderdaad sprake is van onterechte uitkering (bij gefingeerd dienstverband), kan dit door UWV teruggevorderd worden op grond van onverschuldigde betaling. 02-03-2016
- Centrale Raad van Beroep De volledige financiële afhankelijkheid van een WIA-uitkering van verzoeker vormt een spoedeisend belang op grond waarvan de voorzieningenrechter van de Raad een voorlopige voorziening kan treffen. 02-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Toekenning van een IVA-uitkering kan niet leiden tot het oordeel dat een werkgever geen re-integratie-inspanningen behoefde te verrichten gedurende de wachttijd. 02-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Appellante heeft binnen de grenzen van de redelijkheid haar re-integratieverplichtingen verricht; het standpunt van UWV dat de re-integratie-inspanningen onvoldoende zijn geweest zonder dat daarvoor een deugdelijke grond is, wordt niet gedragen door een afdoende motivering. 02-03-2016
- Centrale Raad van Beroep UWV is buiten het kader van artikel 25 lid 9 Wet WIA getreden door in de door de arbeidsdeskundige beschreven te verwachten toekomstige situatie een reden te zien om geen loonsanctie op te leggen. 02-03-2016
- Centrale Raad van Beroep Omdat werkgeefster op grond van de arbeidsovereenkomst niet gehouden was de in de CAO Meubelindustrie genoemde toeslagen voor overwerk uit te betalen, heeft UWV terecht geweigerd de overwerktoeslag over te nemen. 26-02-2016
- Centrale Raad van Beroep Ontbinding van de arbeidsovereenkomst vanwege binnentreden van woning van collega bij haar afwezigheid en kopiëren van privéfoto’s vanaf haar computer leidt tot verwijtbare werkloosheid en kan in overwegende mate worden verweten. WW-uitkering is terecht blijvend geheel geweigerd. 24-02-2016
- Centrale Raad van Beroep UWV mag uitgaan van de juistheid van de gegevens uit de polisadministratie, tenzij wordt aangetoond dat deze gegevens onjuist zijn. 24-02-2016
- Centrale Raad van Beroep Werkzaamheden in onderneming van echtgenote hebben bijgedragen aan de bedrijfsresultaten. Appellant handelt in strijd met artikel 80 WAO door geen opgave te doen van zijn werkzaamheden en de daaruit genoten inkomsten. 24-02-2016
- Centrale Raad van Beroep UWV heeft terecht inkomsten van appellant uit hennepteelt gekort op WAO-uitkering. 24-02-2016
- Centrale Raad van Beroep Geen sprake van persoonlijke omstandigheden op grond waarvan de verwijtbare werkloosheid niet in overwegende mate kan worden verweten. WW-uitkering is terecht blijvend geheel geweigerd. 24-02-2016
- Centrale Raad van Beroep Beroep van appellant tegen besluit UWV inzake het niet-uitkeren van WAO-uitkering wegens onvoldoende toegenomen beperkingen is door de rechtbank onterecht niet-ontvankelijk verklaard. De Centrale Raad van Beroep voorziet zelf in de zaak en verklaart het beroep van appellant op toegenomen arbeidsongeschiktheid alsnog ongegrond. 24-02-2016
- Centrale Raad van Beroep UWV heeft onvoldoende onderbouwd dat appellant zich met opzet tijdens onderzoeken door de verzekeringsartsen UWV anders heeft voorgedaan. Geen sprake van schending van de informatieplicht en er is niet voldaan aan de voorwaarden om met terugwerkende kracht tot intrekking van de uitkering te besluiten. 19-02-2016
- Centrale Raad van Beroep Het bestreden besluit berust niet op een deugdelijke medische grondslag. UWV dient bij het nemen van een nieuw besluit op bezwaar ervan uit te gaan dat betrokkene op datum in geding niet in staat was om arbeid te verrichten. 19-02-2016
- Centrale Raad van Beroep Bij de beoordeling of appellant recht heeft op ziekengeld moet beoordeeld worden of appellant naar objectieve maatstaven medisch gezien in staat is zijn arbeid te verrichten, en niet wat ‘beter’ zou zijn voor appellant. 17-02-2016
- Centrale Raad van Beroep UWV heeft terecht bij inkomstenverrekening in het kader van de startersregeling niet alleen de winst uit onderneming betrokken, maar ook het loon van appellant als directeur-grootaandeelhouder. Beroep op vertrouwensbeginsel faalt. 17-02-2016
- Centrale Raad van Beroep De bestuursrechter dient in beginsel het oordeel van een door hem ingeschakelde deskundige te volgens als de motivering van deze deskundige hem overtuigend voorkomt. 10-02-2016
- Centrale Raad van Beroep Een werkgever mag in beginsel uitgaan van de juistheid van een deskundigenoordeel. Een eventueel voorbehoud van een arbeidsdeskundige met betrekking tot een andere medische inschatting van de beperkingen van de werknemer moet expliciet worden verwoord. 28-10-2015