Naar boven ↑

Update

Nummer 25, 2017
Uitspraken van 13-06-2017 tot 19-06-2017
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

AR Annotatie: Voorwaardelijke ontbinding in hoger beroep
Graag wijs ik u op de nieuwe AR Annotatie van Frank Dekker bij de Vlisco-beschikking (HR 31 maart 2017, AR 2017-0392). In deze noot gaat Dekker in op de verschillende situaties die zich na Vlisco en Mediant kunnen voordoen. Hij schetst zeven verschillende scenarios en benoemt per scenario de verschillende implicaties en complicaties die kunnen optreden. Een absolute must read voor eenieder die zich met ontslagrecht bezighoudt! Klik hier om de noot te lezen.

Rechtspraak
Graag wijs ik u op de volgende uitspraken.

Aanbesteding van preferred supplier financile en HR-diensten binnen franchiseconstructie, leidt niet tot overgang van onderneming
In AR 2017-0747 oordeelt het hof over de vraag of sprake is van een overgang van onderneming tussen Centrix en KPMG als preferred supplier voor franchisenemers van Shell. In dit arrest staat het hof stil bij het arbeidsintensieve en kapitaalintensieve karakter van overgangen van onderneming en in het bijzonder het gemengde karakter. Volgens het hof is in casu geen sprake van overgang van onderneming nu personeel noch materile activa overgaat. Het enkele feit dat de gegunde toegang krijgt tot de software van de eindgebruiker is onvoldoende om tot overgang van onderneming te concluderen. Het feit dat de opdrachtgever (Shell) en de afnemers gelijk blijven, doet hieraan niets af.

Herplaatsing binnen concern alleen voor zover sprake is van zeggenschap
In AR 2017-0716 oordeelt de kantonrechter in het kader van de herplaatsingsplicht. Op grond van artikel 2:24b BW en artikel 1 onderdeel e van de Ontslagregeling is als groep aan te merken een economische eenheid waarin rechtspersonen en vennootschappen organisatorisch zijn verbonden. Volgens dit artikel moet in dit verband sprake zijn van een centrale leiding over de organisatorisch met elkaar verbonden vennootschappen. BAG heeft in de stukken voldoende onderbouwd dat geen sprake is van een dergelijke centrale leiding, nu de bestuurder van BAG geen beslissingen voor het Strukton Civiel-concern en Grondbank B.V. kan nemen. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft BAG arbeidsplaatsen binnen deze andere ondernemingen dan ook terecht buiten beschouwing gelaten.

Artikel 7:671b lid 5 onderdeel a en onderdeel b BW houden cumulatieve criteria in
In AR 2017-0748 oordeelt het hof dat een ontbindingsverzoek wegens schending van re-integratieverplichtingen ex artikel 7:660a BW moet voldoen aan de voorwaarden van artikel 7:671b lid 5 onderdeel a en onderdeel b BW. Een deskundigenoordeel is derhalve vereist. De verklaring van de werkgever dat hij zijn re-integratieverplichtingen is nagekomen, volstaat niet. Het moet een verklaring zijn waaruit blijkt dat de werknemer zijn verplichtingen niet is nagekomen.

D-grond ook bij klein deel disfunctioneren. Werknemer kan het verzoek tot herstel in principaal hoger beroep niet meer aanvullen bij verweerschrift in incidenteel hoger beroep
In AR 2017-0750 oordeelt het hof dat ook indien werknemer slechts een deel van zijn werk niet goed verricht, toch sprake kan zijn van een d-grond. In casu betrof het een specialist waarvan vaststond dat haar communicatieve vaardigheden onvoldoende waren, terwijl voor het overige sprake was van een goede medewerkster. In dezelfde beschikking oordeelt het hof dat bij verweer in het incidenteel hoger beroep niet alsnog het principaal hoger beroep kan worden aangevuld/hersteld (in casu verzocht werkneemster eerst bij verweer een billijke vergoeding).

Samenloop concurrentiebeding in aandeelhoudersovereenkomst (rechtskeuze Staat New York) en arbeidsovereenkomst (Nederlands recht)
In AR 2017-0745 moet de voorzieningenrechter een oordeel vormen over (a) het toepasselijke recht en (b) de eventuele reflexwerking van artikel 7:653 BW op een concurrentiebeding opgenomen in de aandeelhoudersovereenkomst waarop het recht van de Staat New York van toepassing is verklaard en de naar Nederlands recht gesloten arbeidsovereenkomst. Uiteindelijk oordeel de rechter dat ook indien artikel 7:653 BW van toepassing zou zijn, dit niet tot schorsing van het concurrentiebeding zou hebben geleid.

AR Poll
Ruim 85% is het eens met de stelling: Voorwaardelijke ontbinding is onder de WWZ ingewikkelder geworden.
De nieuwe stelling luidt: Herplaatsing binnen concern dient zich enkel uit te strekken tot onderdelen waarover de werkgever daadwerkelijk zeggenschap heeft. Breng hier uw stem uit.

Inzenden eigen rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij ingezonden rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de arbeidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.

Rest mij nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.

Met vriendelijke groet,

Ruben Houweling
Hoofdredacteur AR Updates

Hof

Rechtbank

Centrale Raad van Beroep