Naar boven ↑

Update

Nummer 26, 2018
Uitspraken van 20-06-2018 tot 25-06-2018
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de volgende uitspraken.

HvJ EU: Tegenvordering ex artikel 20 EEX-Vo middels cessie derde aan werkgever gesloten n de instelling van die oorspronkelijke vordering toegestaan
In AR 2018-0730 oordeelt het Hof van Justitie EU over de reikwijdte van de tegenvordering in de zin van de EEX-Verordening. Kernvraag was of de Italiaanse rechter rechtsmacht toekomt te oordelen over een tegenvordering van de werkgever op werknemer ter zake van schadevergoeding na een ontslag. Meer in het bijzonder stond de vraag centraal of het cederen van de schadevordering van de dochter aan de moeder na instelling van de ontslagvordering van de werknemer is toegestaan. Het Hof oordeelt in bevestigende zin.

HR: Vakbonden hebben een zelfstandig vorderingsrecht ongeacht of sprake is van n of meer betrokken werknemers die aanspraak hebben gemaakt op nakoming of dat wensen te doen
In AR 2018-0729 staat de vraag centraal of een vakbond belang heeft bij een vordering, indien geen van de leden die zij vertegenwoordigt een probleem ervaart. Aanleiding is een geschil over de cao-loonsverhoging. VAB de belangenbehartiger voor HEMA-franchisenemers heeft haar leden geadviseerd 'vrijwillige loonsverhogingen' door te voeren die verrekend zouden kunnen worden met toekomstige cao-loonsverhogingen (een voorschot op de nog te verkrijgen loonsverhoging). Volgens de cao 2010-2012 krijgen werknemers 2% loonsverhoging. Omdat reeds 1,5% was toegekend, ontvingen werknemers maar 0,5%. FNV stelt zich op het standpunt dat de verrekening onjuist is. De feitenrechters hebben de vordering van FNV afgewezen wegens gebrek aan belang. De Hoge Raad oordeelt dat dit onjuist is. Een werknemersorganisatie die partij is bij een cao, kan als contractspartij uit eigen hoofde nakoming vorderen van in die cao opgenomen verplichtingen van een werkgever. Daarvoor is niet vereist dat er werknemers zijn die zich hebben verzet of die bezwaar hebben gemaakt tegen de handelwijze van hun werkgever. Als contractspartij heeft de werknemersorganisatie immers een eigen belang bij en recht op nakoming, zoals mede tot uitdrukking komt in artikel 8 lid 1 en artikel 9 Wet CAO.

Geen transitievergoeding verschuldigd indien arbeidsovereenkomst eindigt door ontbindende voorwaarde
In AR 2018-0721 oordeelt de kantonrechter dat het van rechtswege eindigen van een arbeidsovereenkomst, omdat de ontbindende voorwaarde (intrekking toestemming Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus) intreedt, niet tot toekenning van een transitievergoeding leidt. De werkgever had in dit geval geen enkele andere optie dan het beindigen van de arbeidsovereenkomst, omdat die inhoudsloos is geworden. Een dergelijke situatie kwalificeert niet als door toedoen van de werkgever niet voortzetten (art. 7:673 lid 1 BW).

Overbruggingsregeling transitievergoeding: fiscale faciliteit en forfaitair bedrag (bestaande uit loon voor werkgever) mogen op het nettoresultaat van de onderneming in mindering worden gebracht
In AR 2018-0728 (zie ook AR 2018-0727 en AR 2017-0552) oordeelt de rechter over artikel 24 Ontslagregeling (MKB-regeling/art. 7:673d BW). Naar het oordeel van de rechter mogen op het nettobedrijfsresultaat de fiscaal toegestane afschrijvingen alsook een forfaitair bedrag aan ondernemersloon in mindering worden gebracht. Dit mag ook eerst mits fiscaal toegestaan achteraf.

Een voormalig topambtenaar die zelf ontslag heeft genomen, krijgt toch een gedeeltelijke WW-uitkering
Naar het oordeel van de Raad waren in SZR 2018-0057 aan de voortzetting van de dienstbetrekking geen zodanige bezwaren verbonden, dat deze voortzetting redelijkerwijs niet van betrokkene kon worden gevergd. Uit de stukken bleek namelijk niet dat het college aan betrokkene op enig moment te kennen heeft gegeven dat voortzetting van de samenwerking in het geheel niet tot de mogelijkheden behoorde. Betrokkene is verwijtbaar werkloos geworden. De chaotische situatie binnen de gemeente alsmede de media-aandacht voor het voorval maakte het volgens de Raad voorstelbaar dat betrokkene voor het ontslag koos, zodat het betrokkene niet geheel is aan te rekenen dat hij door ontslagname werkloos werd.

AR Poll
Bijna 75% is het eens met de stelling: Switchen van billijke vergoeding naar vernietiging na het verstrijken van de vervaltermijn van twee maanden is niet mogelijk.
De nieuwe stelling luidt: Werkgever is geen transitievergoeding verschuldigd bij het intreden van een rechtsgeldig ontbindende voorwaarde.
Breng hier uw stem uit.

Inzenden eigen rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij ingezonden rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de arbeidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.

Rest ons nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.

Met vriendelijke groet,

Prof. mr. A.R. (Ruben) Houweling en mr. dr. E. (Elmira) van Vliet (hoofdredactie)
Mr. I. (Imke) Lintsen

Hof van Justitie van de Europese Unie

Hoge Raad

Hof

Rechtbank