Naar boven ↑

Update

Nummer 35, 2018
Uitspraken van 22-08-2018 tot 28-08-2018
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de volgende uitspraken.

Ex-werkgever handelt niet onrechtmatig noch in strijd met AVG door negatief te refereren over sollicitant
Als uitgangspunt heeft te gelden dat wanneer een sollicitant in een sollicitatieprocedure zijn ex-werkgever aanwijst als referent, hij daarmee toestemming geeft in het afgeven van gegevens over zijn persoon en over zijn functioneren (vergelijk art. 6 lid 1 sub 1 van de op 25 mei 2018 in werking getreden Algemene verordening gegevensbescherming en art. 8 van de tot die datum geldende Wet bescherming persoonsgegevens). Deze informatie kan, zoals ook door werknemer tijdens de zitting is erkend, zowel positief als negatief voor de persoon in kwestie uitpakken. Wanneer een sollicitant bepaalde negatieve informatie van de referentie over zijn persoon of functioneren wil uitsluiten, dient hij dat expliciet bij de referent aan te geven (zie ook art. 7:656 lid 3 BW over het getuigschrift). De referent kan dan op zijn beurt een afweging maken of hij nog wel een referentie wil afgeven. Hij zal een correct beeld van de betrokken persoon aan de potentile werkgever moeten verstrekken. Het onthouden van noodzakelijke informatie kan immers onzorgvuldig handelen (en daarmee aansprakelijkheid voor de schade) jegens deze derde (nieuwe werkgever) opleveren (vergelijk art. 7:656 lid 5 BW inzake een onjuiste weergave van feiten in een getuigschrift). Zie AR 2018-0984.

Geen verhaal bieden voor de aan werknemer toegekende ontbindingsvergoeding ad 115.000 door vennootschap, leidt niet tot aansprakelijkheid bestuurders
In AR 2018-0976 oordeelt het hof dat de enkele omstandigheid dat de ontbindingsvergoeding op de rechtspersoon onverhaalbaar is, niet leidt tot een ernstig verwijt van de bestuurders. Volgens het hof is de vennootschap gehouden de arbeidsrechtelijke verplichtingen jegens haar werknemers na te komen. De arbeidsrechtelijke verwijten leveren geen onrechtmatige daad van de bestuurders op.

Vaststellingsovereenkomst tussen werkgever en werknemers laat zelfstandig vorderingsrecht FNV onverlet
In navolging van het FNV/Inretail-arrest (AR 2018-0729 en ECLI:NL:HR:2018:980) oordeelt de rechter in AR 2018-0983 dat de vaststellingsovereenkomst tussen werkgever en werknemer de vordering tot nakoming van de cao en nabetaling van loon onverlet laat. Bovendien acht de rechter de vaststellingsovereenkomsten in strijd met dwingend recht (vgl. STF/Blue Taxi-arrest van de Hoge Raad (zie ECLI:NL:HR:2017:19 en AR 2017-0005).

Mogelijke strijdigheid belemmeringsbeding met EU-recht doet niet af aan gezag van gewijsde uitspraak rechter
In AR 2018-0986 staat de vraag centraal of werknemer gehouden is een vergoeding te betalen aan zijn oude werkgever voor het overtreden van het inlenersverbod. Daartoe hadden partijen een overeenkomst gesloten, waarvan in een eerdere procedure door het hof is vastgesteld dat die overeenkomst ook tot stand is gekomen. In deze procedure stelt de werknemer zich op het standpunt dat deze afspraken in strijd zijn met artikel 9 en 9a Waadi. Het hof oordeelt dat, niettegenstaande de nietigheid van de bedingen, in dit geval het gezag van gewijsde van de uitspraak van het hof ertoe leidt dat de overeenkomst niet meer kan worden aangetast. Het feit dat artikel 9a Waadi Europese regelgeving betreft, doet hieraan niet af.

AR Poll
50% is het eens met de stelling: Concurrentiebedingen worden strenger gehandhaafd in geval van hoogconjunctuur.
De nieuwe stelling luidt: Een juiste maar negatieve ongevraagde referentie over een sollicitant kan leiden tot aansprakelijkheid. Breng hier uw stem uit.

Inzenden eigen rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij ingezonden rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de arbeidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.

Rest ons nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.

Met vriendelijke groet,

Prof. mr. A.R. (Ruben) Houweling en mr. dr. E. (Elmira) van Vliet (hoofdredactie)
Mr. I. (Imke) Lintsen

Hof

Rechtbank

Centrale Raad van Beroep