Naar boven ↑

Update

Nummer 44, 2023
Uitspraken van 26-10-2023 tot 01-11-2023
Redactie: prof. mr. dr. A.R. Houweling, mr. L. Kirkpatrick, mr. M. Assenberg van Eijsden, mr. E.L. Eijkelenboom, mr. S.C. Goedhart, mr. C.P. Kuijer, mr. D. Ottevanger, mr. drs. T.J. Post, I.J. Schipper, mr. S.A. Slootweg, mr. S. van der Slot, mr. V. Twilt en mr. S. Wiersma-Helal.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u weer een nieuwe AR Update aan.

Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de volgende uitspraken.

Afwijzing a-grond: hoewel activiteiten zijn gestaakt, had werkgever niet (zo snel) tot bedrijfsbeëindiging mogen overgaan
In AR 2023-1297, AR 2023-1298, AR 2023-1299 en AR 2023-1300 treffen we vier beschikkingen aan waarin de kantonrechter het ontbindingsverzoek op de a-grond (bedrijfseconomische redenen) afwijst. Het beëindigen van de bedrijfsactiviteiten is een keuze die een werkgever, binnen de grenzen van goed werkgeverschap, mag maken. Bij de beoordeling van de noodzaak tot sluiting van de locatie past dan ook een zekere mate van terughoudendheid. De kantonrechter is desalniettemin van oordeel dat werkgever in redelijkheid niet mocht besluiten de vleesverwerkingsactiviteiten (en de daarmee verband houdende vervoersactiviteiten) te beëindigen. De kantonrechter kan zich niet aan de indruk onttrekken dat de onderneming waaraan de aandelen zijn overgedragen alleen de klanten van bedrijf Y heeft willen overnemen en in ieder geval is er geen sprake van dat zij werkgever een eerlijke kans heeft gegeven zich te ontwikkelen tot producent voor de groep. De feitelijk bestuurder heeft geen serieuze poging gedaan om de situatie bij werkgever te verbeteren en er is te snel ingezet op beëindiging van de werkzaamheden. De kantonrechter komt tot de conclusie dat werkgever in redelijkheid niet tot deze bedrijfsbeëindiging had mogen overgaan.

Schending ‘vast aantal uren’ (art. 7:628a lid 5-8) leidt tot maandvergoeding € 12.879,71. Eenzijdige wijziging van ‘te dure zzp-achtige arbeidsovereenkomst’ naar 50% lager bezoldigde ‘gewone arbeidsovereenkomst’ leidt tot ernstig verwijtbaar handelen van de werkgever (g-grond)
In AR 2023-1296 oordeelt de kantonrechter over een oproepovereenkomst met een ICT’er: in strijd met artikel 7:628a lid 5 BW is er geen vast aantal uren aangeboden. Bijgevolg heeft werknemer aanspraak op een loonvordering van € 12.879,71. De werkgever heeft in 2021 de maandvergoeding eenzijdig gewijzigd naar € 6435. Deze eenzijdige wijziging is ernstig verwijtbaar. Aan werknemer komt een billijke vergoeding toe van € 35.000. Meegewogen is dat het dienstverband niet al te lang meer zou duren en werknemer als ICT’er genoeg banen kan vinden. Bovendien ontving werknemer ruim € 80.000 aan transitievergoeding en € 75.000 aan achterstallig loon plus € 12.879,71 per maand tot einde dienstverband.

Inzenden eigen rechtspraak
Steeds vaker ontvangen wij ingezonden rechtspraak. Dank daarvoor! Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de arbeidsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ar-updates@budh.nl.

Rest ons nog u een bijzonder fijne dag toe te wensen.

Met vriendelijke groet,

Prof. mr. A.R. (Ruben) Houweling en mr. L. (Linde) Kirkpatrick (hoofdredactie)

Hof

Rechtbank